Klager: ‘AA misleidde UWV bij aanvraag ontslagvergunning’

Een AA heeft als gemachtigde bij de ontslagaanvraag van een medewerkster van een reclamebureau moedwillig verkeerde informatie verstrekt aan het UWV. Hierdoor verloor de vrouw haar baan en raakte zij overspannen.

Door Jan Smit

Zaaknr 22/2209

Dat betoogde de echtgenoot van de vrouw maandag bij de Accountantskamer. Zowel de AA als de vrouw waren niet bij de zitting aanwezig. De accountant wegens privéomstandigheden, de vrouw omdat zij in 2019, toen de zaak in hoger beroep werd behandeld, een schikking met haar voormalige werkgever heeft getroffen. Die verbiedt haar zich in negatieve zin uit te laten over haar voormalige werkgever.

De vrouw werkte bij een reclamebureau in Sneek. Dit bedrijf raakte in 2017 financieel in zwaar weer. Voor de helft van de medewerkers werd ontslag aangevraagd. De AA, familie van de eigenaren van het bureau, nam die taak op verzoek als gemachtigde op zich. Ook de vrouw werd de wacht aangezegd. Zij ging daar niet mee akkoord en stapte naar de kantonrechter. 

Volgens klager zette zijn vrouw die stap omdat het bureau haar volgens het afspiegelingsbeginsel helemaal niet had mogen ontslaan. In de ontslagaanvraag stond dat zij de functie vervulde van reclameontwikkelaar/studiomedewerker. Dat laatste is onjuist, aldus de echtgenoot. Ze was algemeen medewerker. Zo stond het ook in haar laatste functieomschrijving, die van 2014, en op haar laatste loonstrook.

Die omschrijving is volgens klager essentieel. Er waren meer algemeen medewerkers dan reclameontwikkelaars/studiomedewerkers. Als algemeen medewerkster had ze volgens het afspiegelingsbeginsel mogelijk wel haar baan kunnen behouden.

“Kwaadwillend misleidend handelen van de AA”, meende klager. “Het UWV heeft de onderneming destijds gevraagd om personeelsoverzichten. Die zijn opgestelde en ondertekend door deze accountant. Het eerste overzicht vond het UWV onvoldoende; ze wilden meer duidelijkheid. Toen heeft de AA er een mooie groentesoep van gemaakt.”

Volgens Martijn Jansen, een van de twee advocaten van de AA, valt betrokkene tuchtrechtelijk niets te verwijten. “Client heeft gewoon de functieomschrijvingen gebruikt die hij van zijn opdrachtgever door kreeg.”

Dat in sommige documenten wordt gerept van de functie algemeen medewerker beaamde Jansen. Maar dat wil nog niet zeggen dat in de ontslagaanvraag geen andere functieomschrijving mag worden gebruikt. “Als de feitelijke functie hiervan afwijkt, omdat bijvoorbeeld de feitelijke functie niet meer strookt met de formele functieomschrijving, mag mijn client hiervan afwijken. Dat blijkt ook uit de jurisprudentie.”

Volgens Jansen was daar in dit geval sprake van. “Mevrouw hield zich onder meer bezig met het ontwerpen en uitwerken van reclame. Zelf noemt ze zich op haar LinkedIn-pagina bovendien grafisch ontwerper reclame.”

Tweede klachtonderdeel betrof de weigering van de AA om klager te woord te staan toen hij zich met zijn klacht bij het accountantskantoor meldde. Naar zijn zeggen heeft hij eerst gebeld en kreeg hij de dochter van de accountant aan de lijn. Die reageerde kwaad toen hij vertelde waarom hij belde, maar beloofde een paar dagen later terug te bellen. Toen zij die toezegging niet nakwam, mailde klager een week later dat hij dan naar de Accountantskamer zou stappen.

Klopte dat, wilde de voorzitter weten. Jan Garvelink, de andere advocaat van de AA: “Zo is het niet helemaal gegaan. Wij hebben namens client vervolgens contact gezocht met meneer. Het is bovendien vrij gebruikelijk dat iemand die hoort dat er een tuchtklachtklacht tegen hem is ingediend, vervolgens geen contact meer opneemt met de klager. Rechtstreeks contact is dan vaak een gepasseerd station.” 

De uitspraak: Klacht over misleiden UWV bij aanvraag ontslagvergunning ongegrond
 

Gerelateerde artikelen