´Stijging zorgkosten komen bij hoge inkomens terecht´
Dit maakt het Centraal Planbureau (CPB) duidelijk in het vandaag verschenen onderzoek ‘Financiering van de zorg op de langere termijn’. Het CPB wil met deze studie het bewustzijn over de verdeling van de zorgkosten vergroten zodat de gevolgen van keuzes voor de financiering van de zorg op de lange termijn duidelijk zijn.
Verschillende alternatieven
Er zijn verschillende alternatieven om de groei van de zorgkosten in de toekomst te betalen. Er kan worden gekeken naar de verdeling van de kosten tussen gezonde en zieke mensen, jong en oud en arm en rijk. Voorbeelden hiervan zijn het verlagen of juist het verhogen van het eigen risico. Ook kan worden gedacht aan een leeftijdsafhankelijke financiering. Bij een verlaging van het eigen risico betalen jongeren en mensen met een hoger inkomen relatief meer aan extra zorg. Dit komt doordat zij weinig zorg gebruiken en de (inkomensafhankelijke) zorgpremie omhoog zal gaan. Bij een leeftijdsafhankelijke financiering, dragen ouderen, met name die met hoge inkomens, in de toekomst relatief meer bij. Ook als zij meer bijdragen aan de zorg zijn ouderen en huishoudens met een laag inkomen over het algemeen beter af dan zij nu zijn. De reden hiervoor is dat zij veel meer gebruik maken van de zorg en er dus ook meer van profiteren. Daarbij zijn compenserende maatregelen voor kwetsbare groepen denkbaar via bijvoorbeeld de zorgtoeslag.
Herverdeling zorgkosten
Een argument voor het hanteren van een eigen risico is dat het mensen prikkelt het nut van de zorg kritisch te bekijken. Dit moet worden afgewogen tegen de bescherming tegen onverwachte kosten en de toegankelijkheid van zorg. De verhoging van de zorgkosten voor bepaalde groepen kan in fases worden ingevoerd. Herverdeling van de zorgkosten kan verder ook via aanpassingen in de inkomstenbelasting of het al dan niet fiscaliseren van de AOW.
Risico voor overheidsfinanciën
Op lange termijn zijn de overheidsfinanciën houdbaar als de zorguitgaven even hard stijgen als het bbp, gecorrigeerd voor demografische effecten. Dit betekent dat toekomstige generaties dezelfde welvaartsvaste voorzieningen (waaronder zorg) van de overheid kunnen ontvangen als de huidige, zonder dat daarvoor in de toekomst extra lastenverhogingen nodig zijn. In de afgelopen decennia stegen de zorguitgaven echter harder. Er zijn aanwijzingen dat deze trend doorzet. Stijgende zorguitgaven worden daarom gezien als een risico voor de overheidsfinanciën op langere termijn. Er was tot nu toe wel inzicht in het tekort dat door de extra zorguitgaven ontstaat, maar niet in de verdelingseffecten die met het financieren daarvan gepaard gaan.