Voormalig werknemer accountantskantoor kan niet meer op goodwill afschrijven

28 september 2017

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft geoordeeld dat een voormalig werknemer van een accountantskantoor betaalde goodwill niet mag afschrijven, omdat dit bedrag eerder al ten laste van de winst was gebracht.

Belanghebbende (X) was in de periode 1 maart 1999 tot 31 januari 2003 werkzaam bij accountantskantoor A. In het kader van de beëindiging van de dienstbetrekking zijn X en A een relatiebeding overeengekomen.

X had in verband met het einde van de dienstbetrekking recht op een ontbindingsvergoeding van € 45.434. Voorts was X aan zijn werkgever een bedrag verschuldigd van € 35.170.

X stelt dat hij dit bedrag van € 35.170 in de aangifte IB/PVV 2012 in aftrek mag brengen. Hij stelt dat sprake is van betaalde goodwill die hij mag afschrijven.

Hof Arnhem-Leeuwarden leidt uit het relatiebeding af dat X het bedrag van € 35.170 verschuldigd was als tegenprestatie voor het recht om werkzaamheden te mogen verrichten voor voormalige cliënten van A (de goodwill).

X heeft voorvermeld bedrag van € 45.434 in 2008 als loon genoten en een recht met een waarde van € 35.170 ingebracht in zijn ondernemingsvermogen. X heeft de fiscale gevolgen van een en ander in de jaarrekening van zijn onderneming en in zijn aangifte verwerkt door geen bedrag in aanmerking te nemen als loon uit dienstbetrekking, maar wel de winst van zijn onderneming te verhogen met (€ 45.434 – € 35.170 =) € 10.264. Met deze handelwijze heeft X in feite het genoten loon in de winst begrepen en de waarde van de goodwill ten laste van de winst gebracht. Daaruit volgt dat de boekwaarde van de goodwill ultimo 2008 nihil bedroeg, zodat daarop in latere jaren niet meer kon worden afgeschreven. Dat brengt mee dat X in 2012 geen bedrag meer ten laste van de winst kan brengen. Alle stellingen van X worden verworpen.