Ook een geïmporteerde auto met weinig kilometers is een nieuwe auto

30 januari 2017

De Hoge Raad heeft zich gebogen over het oordeel van Gerechtshof Den Bosch dat enkele geïmporteerde auto’s als gebruikte personenauto’s moeten worden gezien omdat zij voorafgaand aan de overbrenging naar Nederland op kenteken waren gezet.

Een belanghebbende heeft in de periode van 13 september 2012 tot en met 22 januari 2013 38 uit Italië afkomstige auto’s geïmporteerd. Alle auto’s waren ten tijde van de overbrenging naar Nederland reeds in Italië voor het eerst toegelaten tot de openbare weg.

Ten tijde van het voldoen van de Nederlandse BPM varieerden de kilometerstanden van de auto’s, behoudens bij één auto, van 6 tot 39, waarbij de meeste auto’s minder dan 10 kilometer hadden gereden. Gerechtshof Den Bosch heeft geoordeeld dat de auto's moeten worden aangemerkt als gebruikte personenauto's in de zin van artikel 10, lid 1, Wet BPM. Het gerechtshof heeft hieraan ten grondslag gelegd dat de auto's reeds voor de overbrenging naar Nederland op kenteken waren gezet. Tegen dit oordeel heeft de staatssecretaris cassatieberoep ingesteld. De Hoge Raad verklaart dit gegrond.

In HR 29 januari 2016, 14/01502, ECLI:NL:HR:2016:119, onderdeel 4.2, heeft de Hoge Raad overwogen dat de Wet BPM voor de berekening van de verschuldigde BPM onderscheid maakt tussen een nieuwe personenauto en een gebruikte personenauto. In dit arrest heeft de Hoge Raad onder verwijzing naar HR 14 september 2012, 12/00848, ECLI:NL:HR:2012:BX7199, herhaald dat onder een nieuwe personenauto moet worden verstaan een auto die na de vervaardiging ervan niet of nauwelijks in gebruik is geweest.

Het oordeel van het gerechtshof dat de auto’s gebruikte personenauto’s zijn, reeds omdat de auto’s voorafgaand aan de overbrenging naar Nederland op kenteken waren gezet, getuigt daarom van een onjuiste rechtsopvatting. Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft terecht geoordeeld dat er sprake is van nieuwe auto’s, aldus de Hoge Raad.