Ondernemer hekelt dubieuze rol accountant

In volle vertrouwen ging een ondernemer mee in het voorstel een BV op te richten. Zijn accountant zou mede-aandeelhouder worden. Vervolgens werd hij naar eigen zeggen ernstig misleid.
De ondernemer heeft een videobedrijf in het westen van het land. Hij is veel op pad en vertrouwde zijn financiën toe aan zijn accountant, de zoon en opvolger van de accountant met wie hij al sinds 1991 zaken deed. De zoon verrichtte goed werk en het vertrouwen groeide. Tot alles in de soep liep door een BV in oprichting die maar niet van de grond kwam. Zijn accountant raadde hem aan zijn eenmanszaak om te vormen tot BV. ,,Heb ik daar een partner voor nodig?” vroeg de ondernemer. Omdat hij niemand anders wist wie hij zijn financiële zaken zou toevertrouwen, vroeg hij de accountant. Erna ontstond onduidelijkheid over de pet die de RA op had. Trad hij in zaken op als adviseur, medeaandeelhouder of accountant? BTW-aangiftes van werk gedaan in Zwitserland liepen mis. En waarom kwam die BV in oprichting maar niet van de grond? Door nalatig gedrag van de RA, zei de ondernemer vrijdag.
 
Als de RA zijn rol in de BV aanvaard zou hebben, had dat mogelijk geleid tot een bedreiging van de fundamentele beginselen in het accountantsberoep, zei de raadsvrouw van de RA. Maar zo ver is het nooit gekomen: de BV is immers nooit opgericht. ,,De BV heeft ook geen beheersdaden uitgevoerd.” Dat het mis ging bij de facturen uit Zwitserland, erkende de accountant. Veranderde wetgeving was te laat door zijn kantoor ontdekt. In oktober 2011 was de conceptdatum van oprichting van de BV. Pas in 2013 werd de BV-in-oprichting ontbonden. De Accountantskamer wilde horen waarom het zo lang duurde. Het duurde zo lang omdat het lastig was de financiële inbreng rond te krijgen. En begin 2012 werd bekend dat ook hier regelgeving ging veranderen. ,,Toen is het blijven liggen”, aldus de RA. Ook erkende hij een fout gemaakt te hebben. De ex-vrouw van de ondernemer had volgens hem recht op toeslagen, maar dat bleek niet het geval. Ze moest naar eigen zeggen uiteindelijk een naheffing van ruim 800 euro betalen. 
Voor de ondernemer zijn de gevolgen groot. ,,Mogelijk moet ik door toedoen van mijn accountant faillissement aanvragen voor mijn eenmanszaak.” 
Opvallend is dat de betrokken RA in september nog een waarschuwing kreeg van de Accountantskamer. In die zaak werden drie accountants gedaagd omdat ze hun plicht verzaakten zodat de Haagse abortuskliniek PreTerm Rutgers jarenlang onterecht subsidie ontving. Eind vorig jaar is de voormalige directrice van de kliniek veroordeeld tot een geldboete vanwege grootschalige fraude met AWBZ-gelden. 
Vonnis over circa 10 weken. 
 
Zaaknummer: 14/1044
Michiel Satink / JPZ
Gerelateerde artikelen