Landbouw leunt steeds zwaarder op alternatieve inkomsten

Boerderijverkoop, zorglandbouw en landschapsbeheer winnen terrein.

Zo’n 3,3 procent van de omzet van Nederlandse land- en tuinbouwbedrijven bestaat uit neveninkomsten. Op dit moment hebben drie van de tien agrarisch ondernemers inkomsten uit bijvoorbeeld boerderijverkoop, zorglandbouw, kinderopvang, recreatie, energieproductie en natuur- en landschapsbeheer.

Dit meldt Rabobank. Terwijl de omzet uit land- en tuinbouwactiviteiten met gemiddeld 1,6 procent per jaar toenam, groeiden de neveninkomsten in de periode 2010-2020 met gemiddeld tien procent per jaar. Rabobank verwacht dat de omzet uit nevenactiviteiten in 2030 een significant groter deel uitmaakt van het verdienmodel van land- en tuinbouwbedrijven, met een omzet tussen de 3,4 en 5,1 miljard euro. 

Het potentieel verschilt echter per ondernemer, afhankelijk van de sector en de locatie waar het bedrijf actief is. Ruwweg tachtig tot negentig procent van de neveninkomsten zal uit de markt komen en tien tot twintig procent van subsidies voor zogeheten groene en blauwe diensten.

Neveninkomsten bieden voor geïnteresseerde bedrijven een mogelijke compensatie voor een eventuele krimp of stagnerende groei van de agrarische activiteiten op een bedrijf. Daarmee zijn ze mogelijk een steuntje in de rug in de transitie naar een duurzamere landbouw.

 

Gerelateerde artikelen