KPMG Duitsland moet bijna een miljard schadevergoeding betalen
Curator en schuldeisers van failliete P+S scheepswerf beschuldigen accountant van nalatigheid en het afgeven van valse verklaringen.
Volgens curator Berthold Brinkmann is de schade die KPMG daarmee berokkend heeft te waarderen op € 514 miljoen. In 2009 nog zou KPMG verklaard hebben dat de scheepswerf heel goed te redden en saneren zou zijn – zonder een en ander grondig onderzocht te hebben. Het gaat hier dus niet om nalatigheid in de controlewerkzaamheden, maar om een non-audit adviesopdracht.
Daarna zou KPMG nog twee jaar lang achter dat oordeel zijn blijven staan, “tegen beter weten in”, aldus de curator, “en waarschijnlijk vooral om zijn straatje schoon te vegen”. Hoe dat ook zij, in 2012 ging P+S failliet. KPMG heeft tot eind september de tijd om te reageren.
Naast de curator van de failliete scheepswerf willen ook de vroegere eigenaren van de Hegemann Groep geld zien van KPMG Duitsland, in hun geval rond de € 170 miljoen. P+S had bij hen voor ruim 140 miljoen orders geplaatst in verbanmd met de bouw van twee veerboten, maar bleek helemaal geen geld te hebben om daar ook voor te betalen. KPOMG had echter nagelaten te waarschuwen voor dit liquiditeitsprobleem, en ook de daardoor ontstane schade moet de accountant betalen, aldus de advocaten.
Om de ellende nog te vergroten meldt ook de overheid van Mecklenburg-Vorpommern, het thuisland van P+S, zich bij KPMG: dit land blijkt door afgegeven garanties aan klanten van de scheepswerf voor bijna 300 miljoen euro in het schip gegaan te zijn.