Vrijstaande woning kan dienen als referentieobject voor twee-onder-één-kapwoning

23 februari 2017

De WOZ-waarde van de woning van een particulier is op waardepeildatum 1 januari 2015 voor het kalenderjaar 2016 vastgesteld op € 725.000. De woning is een twee-onder-één-kapwoning met garage. De particulier bepleit bij Rechtbank Den Haag een waarde van € 660.000.

Volgens Rechtbank Den Haag maakt de heffingsambtenaar aannemelijk dat de WOZ-waarde niet te hoog is vastgesteld. Met een taxatieverslag en matrix is afdoende onderbouwd dat de toegekende waarde in goede verhouding staat tot gerealiseerde verkoopprijzen van referentieobjecten. Vrijstaande woningen die in dezelfde buurt gelegen zijn als de onderhavige twee-onder-één-kapwoning, kunnen als referentieobject worden gebruikt, aldus Rechtbank Den Haag. Dit geldt temeer nu de woning van de particulier, die middels garages en een stuk bovenverdieping, is verbonden met de belendende woning, meer het karakter en de uitstraling heeft van een vrijstaande woning dan de gemiddelde twee-onder-één-kap woning.

Dat de waarde van de directe buurwoning van de particulier op € 660.000 is vastgesteld kan niet leiden tot een geslaagd beroep op het gelijkheidsbeginsel. De rechtbank acht aannemelijk dat de waarde van de buurwoning te laag is vastgesteld. Daarbij is niet aannemelijk geworden dat de lage waardering van de buurwoning het resultaat is van begunstigend beleid, oogmerk van begunstiging of schending van de meerderheidsregel.