Rechtbank USA: ook zwartspaarders hoeven niet tegen zichzelf te getuigen

In hoger beroep beslist rechtbank dat ook houders van geheime bankrekeningen niet mee hoeven te werken aan eigen veroordeling.
In de zaak Greenfield, No. 15-543 (2d Cir. 8/1/16) heeft na een beroep op het Fifth Amendment de rechtbank belangrijke jurisprudentie geschapen, waardoor de mogelijkheden van de IRS om belastingbetalers te dwingen belastende documenten over te dragen ernstig beperkt wordt.
Toen een klokkenluider  bij de Liechtenstein Global Trust (LGT), een private financiële instelling met banden met de royals van Liechtenstein, duizenden documenten lekte over off-shore bankrekeningen bij de LGT bleken daarin ook een mijnheer Greenfield uit de US en zijn vader genoemd te worden als rekeninghouders.
Een commissie van de Amerikaanse senaat boog zich over de zaak en het fenomeen daarachter, en riep de heren Greenfield meermalen op te getuigen. Dat weigerden de heren consequent, zich beroepend op dat Fifth Amendment dat  verzekert dat niemand gedwongen kan worden tegen zichzelf belastende verklaringen in te brengen..
Intussen onderzocht de IRS deGreenfield- aangiften uit 2005 en 2006, en eiste in dat kader bankafschriften op van de inmiddels bekende LGT-rekeningen en eigendomspapieren van enkele off shore entiteiten. Ook dat weigerde Greenfiled, met een beroep op dezelfde constitutionele (zelf)bescherming. Nadat een lagere rechter in eerste instantie gelijk gaf, heeft nu een hogere rechtbank Greenfield in het gelijk gesteld:  ook zwartspaarders hoeven niet mee te helpen aan het graven van hun eigen belastinggraf.
 
Meer juridische details via journalofaccountancy.
Gerelateerde artikelen