NBA wil dat examenfraudeurs voor de tuchtrechter komen
In een brief aan alle accountantskantoren met een reguliere AFM-vergunning en meer dan drie accountants, geeft de NBA aan dat ernstige gevallen van examenfraude voor de tuchtrechter worden gebracht. “In het tuchtrecht wordt de norm in het belang van de beroepsgroep nog eens herhaald”, schrijft NBA-voorzitter Chris Douma. “De tuchtrechter legt bij de gegrondverklaring van een klacht een maatregel op die passend is in relatie tot de geschonden norm en de ernst van de schending.”
- Alle accountantskantoren hebben een brief ontvangen van de NBA over de examenfraude
- NBA-voorzitter wil dat ernstige gevallen van examenfraude voor de tuchtrechter komen
- Hij waarschuwt dat berichten over examenfraude het vertrouwen in de sector schaden
- De NBA rekent op het zelfreinigend vermogen van de accountantssector
“Van de maatregel gaat ook een maatschappelijk signaal uit. Tegen die achtergrond vinden wij het in het belang van de eer van de stand van accountants noodzakelijk dat ernstige gevallen van examenfraude aan de tuchtrechter worden voorgelegd.”
Het NBA-bestuur heeft ook in april de accountantskantoren benaderd over de examenfraude. Toen riep de organisatie de kantoren op om zelf te onderzoeken of er sprake was van fraude. Nu benadrukt de NBA in de brief dat berichten over examenfraude de vakbekwaamheid en integriteit van de accountancysector raken. Daarom is het voor alle kantoren belangrijk om in het kader van de zelfhygiëne na te gaan of er sprake kan zijn van ongeoorloofd handelen rondom de verplichte kennistoets.
“Wij proberen vooral de kantoren te helpen, om door kritisch naar zichzelf te kijken zoveel mogelijk bij te dragen aan het herstel van vertrouwen in de accountancysector”, schrijft NBA-voorzitter Chris Douma. “Wees transparant over je eigen integriteit. Als er zich toch onverhoopt een ernstig geval van ongeoorloofd handelen heeft voorgedaan, dan vinden wij het belangrijk dat er tuchtrechtelijke opvolging plaatsvindt.”
(tekst loopt door onder het blok)
De NBA heeft een aantal criteria geformuleerd om aan te geven wanneer er sprake is van examenfraude. Het eerste criterium is dat de accountant die de examenfraude heeft begaan, ten tijde daarvan in het register van de AFM ingeschreven stond als externe accountant of als beleidsbepaler.
Vervolgens moet de geconstateerde fraude betrekking hebben op de kennistoets 2022. Criterium nummer drie is dat de externe accountant of de beleidsbepaler zelf de examenfraude heeft gepleegd. En als vierde: de externe accountant heeft anderen betrokken bij de examenfraude. Als deze vier allemaal van toepassing zijn, is sprake van een ernstig geval, aldus de NBA.
In bijzondere gevallen geldt nog een vijfde criterium: er is bij de door de accountant gepleegde examenfraude sprake van uitzonderlijk handelen of nalaten te handelen.