Game-Changer voor economische groei: Industrial Internet of Things

Het Industrial Internet of Things staat voor de industriële toepassing van een netwerk van fysieke objecten met ‘embedded’ technologie; die daardoor kunnen communiceren, reageren op impulsen en interacteren met elkaar of hun omgeving.  In de maakindustrie monitoren dergelijke netwerken al het logistiek transport in de fabriek, ze monitoren ingewikkelde machinerieën als onbemande mijnbouwapparatuur of zelfs complete elektriciteitscentrales. In de agribusiness helpen dergelijke ‘intelligente’ netwerken het gebruik van natuurlijke hulpbronnen te optimaliseren en zo de opbrengst per hectare te vergroten.

 

In de transitie van een industriële naar een digitale economie zetten veel landen hun geld op het IIoT als dé manier om (sneller) te groeien. Groot Brittannië bijvoorbeeld steekt 125 miljoen dollar in research naar IIoT. China heeft het IIoT benoemd tot emerging strategic industry en wil er dit jaar 800 miljoen dollar in investeren. Duitsland plant met behulp van IIot een verbetering van de productiviteit van zijn zware industrie met 30%, via het Industrie 4.0 initiatief. 

 

Zonder de juiste ‘enabling’ condities zal het echter veel andere landen niet lukken de volledige potentie van het IIoT te benutten. En die potentie is enorm: volgens Accenture kan de economie van de twintig belangrijkste landen tot 2020 met $ 3,6 biljoen extra groeien door het IIoT. 

 

Accenture heeft ook een referentiemodel ontwikkeld, genaamd de National Absorptive Capacity (NAC),  waarmee de potentie van een land om gebruik te maken van het IIoT gemeten kan worden, en een twintigtal landen op hun NAC vergeleken.  

Nederland staat zowaar op de zesde plaats – na de VS, Zwitserland, Finland, Zweden en Noorwegen. De rest van de top-10 wordt gevormd door resp. Denemarken, het VK, Japan en Duitsland.