Dijsselboem laat zich niet uit over affaire KPMG Zuid-Afrika

Minister Jeroen van Dijsselbloem van Financiën houdt zich in een brief aan de Tweede Kamer op de vlakte over de affaires waarin KPMG Zuid-Afrika verwikkeld is. Kortgezegd komt het er op neer dat het een zaak is voor de Zuid-Afrikaanse instanties.

Tweede Kamerlid Renske Leijten (SP) heeft onlangs aan Dijsselbloem een reeks vragen gesteld over de vermoedelijk actieve rol van KPMG Zuid-Afrika in het faciliteren van fraude. Onlangs moesten negen bestuursleden, waaronder de CEO, van KPMG Zuid-Afrika opstappen in aanloop naar een voorgenomen rechtszaak van de belastingdienst tegen het accountantskantoor en twee ingestelde onderzoeken door de organisaties Companies and Intellectual Properties Commission en Independent Regulatory Body for Auditors. Dijsselbloem laat weten dat hij hiervan op de hoogte is, maar dat het niet aan hem is om uitspraken over deze kwestie te doen.

Leijten vroeg onder meer of Dijsselbloem een overzicht kan geven van projecten in het buitenland, en specifiek Zuid-Afrika, waarin KPMG een partner is voor de Nederlandse overheid of bedrijven wanneer zij investeren in deze landen. De minister zegt dat niet te kunnen: “De Nederlandse overheid en Nederlandse bedrijven zijn direct of indirect in tal van landen in de wereld actief. Veel Nederlandse bedrijven zijn in ook in Zuid-Afrika actief. Ik beschik niet over overzichten waaruit blijkt of en in welke mate daarbij wordt samengewerkt met KPMG.”

Ook vroeg Leijten of Dijsselbloem aanleiding ziet de relatie van de Nederlandse overheid met KPMG te evalueren, niet alleen in Nederland maar vooral in ontwikkelingslanden rondom bijvoorbeeld ambassades en ontwikkelingsprojecten. Dijsselbloem antwoordt: “De overheid moet direct of indirect borgen dat het werk van accountants betrouwbaar is en de samenleving ervan uit kan gaan dat een accountantsverklaring zekerheid geeft over de betrouwbaarheid van de geboden informatie. Daarbij strekt mijn verantwoordelijkheid zich slechts uit tot de Nederlandse accountantsorganisaties. Het zou bijzonder zijn als een overheid zelf zegt dat zij met een bepaalde accountantsorganisatie geen zaken meer wil doen, terwijl deze organisatie wel haar vergunning behoudt om wettelijke controles uit te mogen voeren. Accountantsorganisaties moeten hun zaken op orde hebben. Daarbij hebben de accountantsorganisaties primair een eigen verantwoordelijkheid. Daarbij dienen zij zich te houden aan wettelijke normen voor wettelijke controles ter borging van de kwaliteit en houdt de Autoriteit Financiële Markten (AFM) toezicht op accountantsorganisaties met zetel in Nederland.”

Lees ook:

Gerelateerde artikelen