Britse Big Four schrappen woord ‘cliënt’ uit vocabulaire
Na een aantal grote fouten in controledossiers, zoals misleidende financiële statements bij bouwgigant Carillion, zoeken Britse auditkantoren naar alternatieve termen in hun dagelijkse vakjargon.
In het beschrijven van de bedrijven die ze controleren, is het woord ‘cliënt’ uit de gratie. Ze spreken nu van ‘gecontroleerde entiteiten’. KPMG, het kantoor dat de hardste kritieken heeft gekregen de laatste jaren vanwege een leidende rol in een aantal grote schandalen, is het eerste kantoor dat deze stap formeel vastlegt. Klanten is uit. Gecontroleerde bedrijven of gecontroleerde entiteiten is in.
Het beleid werd november 2018 geïntroduceerd door de Britse voorzitter van KPMG Bill Michael. Hiermee wordt duidelijk gemaakt wie de echte stakeholders zijn van het werk van de auditors: de aandeelhouders van de gecontroleerde bedrijven. En dus niet de directieleden.
De overige drie Big Four kantoren – PwC, EY en Deloitte – hebben nog geen formele regels voor hoe medewerkers cliënten dienen aan te duiden. Wel, stellen PwC en Deloitte, dat medewerkers worden aangemoedigd niet langer de term cliënt te gebruiken in referentie tot gecontroleerde bedrijven. Volgens Deloitte is het uiteindelijk de cultuurverandering die centraal moet staan, en niet de terminologie.
En aan die cultuur moet gewerkt worden. “Ik zou elke adviesrelatie inruilen om ons te redden van het uitvoeren van een slechte audit”, zei toenmalig hoofd van KPMG Simon Collins in 2015.” Het bewijs suggereert wat anders: de lijst van inadequate controles is flink gestegen de laatste jaren. In een markt met weinig kantoren om tussen te kiezen, is een slechte prestatie geen kwestie van leven en dood. De Britse overheid heeft inmiddels maatregelen getroffen, zoals het installeren van een nieuwe toezichthouder voor de branche.
Niemand gelooft dat het gebruik van taal zal leiden tot een algehele cultuurverandering in de accountancy. Er is echter veel onderzoek gedaan naar de invloed van taal op gedrag en die blijkt aanzienlijk te zijn. Dus deze beleidsregel, ook al lijkt het wellicht wat onzinnig, kan zeker bijdragen aan wat de Britse Big Four te doen staat.