‘30%-regeling van grote waarde voor mkb en Nederlandse economie’
“Uit het evaluatierapport blijkt dat deze regeling belangrijk is voor het mkb en voor de Nederlandse economie als geheel. Uiteraard zijn er op onderdelen aandachtspunten, die het RB in een reactie aan de politiek heeft aangeboden,” aldus Schenk.
Doeltreffendheid 30%-regeling
Adjay Pahladsingh (Bureau Vaktechniek van het RB): “Sinds de invoering van de oorspronkelijke regeling na de Tweede Wereldoorlog is de regeling flink ingeperkt, voor het laatst in 2012. Het doel van de regeling is nog altijd hetzelfde, namelijk het werven van buitenlandse werknemers die nodig zijn in Nederland. De huidige regeling sluit nog steeds aan bij dit (oorspronkelijke) doel. Onvoldoende reden dus om te sleutelen aan de regeling.”
Voorkom toename administratieve lasten
Pahladsingh: “Een ander doel van de 30%-regeling is het beperken van administratieve lasten. Werkgevers mogen óf de werkelijke kosten vergoeden óf een forfaitair bedrag. Dat laatste heeft van oudsher veelal de voorkeur, gezien de lagere administratieve lasten. Als dit wordt afgeschaft, dan zullen werknemers en werkgevers alle declaraties en facturen moeten beoordelen/controleren en administreren. Dit komt bovenop de huidige lastendruk waar het mkb al mee te maken heeft. Ook de Belastingdienst zal in dat geval extra werk moeten verrichten. De controle door de Belastingdienst van de werkelijke kosten is veel arbeidsintensiever dan een controle op de toepassing van het forfait. Dit moet echt worden voorkomen.”
Blijf concurreren met andere landen
Verschillende Europese landen kennen stimulerende regelingen die vergelijkbaar zijn met de 30%-regeling. Wanneer Nederland gaat tornen aan deze regeling, dan bestaat het risico dat andere landen (relatief gezien) fiscaal aantrekkelijker worden en de benodigde werknemers Nederland links laten liggen. Pahladsingh: “Je wilt niet dat Nederland zich zo uit de markt speelt. Houdt Nederland (fiscaal) aantrekkelijk en het vestigingsklimaat competitief.”
RB niet voor uitbreiden kilometergrens
Pahladsingh: “In het rapport is aanbevolen om de 150-kilometergrens te vervangen door een set aan landen (of het uitsluiten van alle EU-lidstaten). De 150-kilometergrens houdt al circa 1,5 uur reistijd tot de Nederlandse grens in. De reisafstand/reistijd vanaf de Nederlandse grens tot aan de werkplek komt daar nog bovenop. Dan gaat het al snel over een reisafstand van 250 kilometer (of meer) en een reistijd van meer dan 2 uur. En dat ‘heen én terug’. Werknemers zullen dat niet snel doen. Het RB is voorstander om aan te sluiten bij de reisafstand tussen de woonplaats en de (vaste) werkplek.”
Lees ook: