Verruimde vrijstelling schenkbelasting slechts in één kalenderjaar toepasbaar

De tijdelijk verruimde schenkingsvrijstelling was slechts in één kalenderjaar toepasbaar. Spreiding over opvolgende jaren is niet mogelijk. Gerechtshof Den Haag heeft een eerdere uitspraak van de rechtbank hierover bekrachtigd.

Op 12 november 2013 heeft een vader € 70.000 aan zijn dochter geschonken ter aflossing van haar eigenwoningschuld. De dochter heeft aangifte schenkbelasting gedaan. Haar beroep op de tijdelijk verruimde schenkvrijstelling tot een bedrag van in totaal € 100.000 (artikel 33a SW) is geslaagd. Op 12 november 2014 heeft vader een bedrag van € 30.000 aan de dochter geschonken ter aflossing van haar eigenwoningschuld. De dochter heeft in de aangifte van deze schenking wederom een beroep op de verruimde schenkvrijstelling gedaan. Toepassing van die schenkvrijstelling wordt dan door de Inspecteur geweigerd.

Volgens Rechtbank Den Haag en in hoger beroep Hof Den Haag is dat terecht.
De verruimde vrijstelling geldt slechts voor één kalenderjaar. De wettekst biedt geen plaats aan de opvatting van de dochter dat de verhoging van de vrijstelling voor een periode van twaalf maanden geldt, ook als deze buiten het kalenderjaar valt.

De dochter kan voorts noch aan het Besluit van de staatssecretaris van 16 september 2013, BLKB2013/1699M noch aan een uitlating van de staatssecretaris het in rechte te beschermen vertrouwen ontlenen dat onder ‘één kalenderjaar’ een tijdvak van twaalf maanden vallend buiten het kalenderjaar dient te worden verstaan.

Evenals de Rechtbank is het Hof verder van oordeel dat de dochter aan de toelichting bij de aangifte Schenkbelasting 2014 (waaronder de rekenhulp) noch aan publicaties op de website van de Belastingdienst het vertrouwen heeft kunnen ontlenen dat de verruimde vrijstelling ook geldt voor over twee kalenderjaren gespreide schenkingen.

 

(Bron: Fiscanet)

Gerelateerde artikelen