Tuchtzaak: “RA handelde niet integer en niet professioneel”
Zaaknr. 18/1126
Of liet zij zich leiden door eigen gewin?
Dat laatste, zegt de commercieel adviseur die, net als de RA, bij de oprichting van dit obligatiefonds en het opstellen van het prospectus betrokken was. Volgens deze adviseur heeft de accountant daarmee niet integer en niet professioneel gehandeld. Ook heeft zij de vertrouwelijkheid geschonden, meent de adviseur. Hij diende daarom een klacht in tegen de accountant. Die werd vrijdagmiddag bij de Accountantskamer behandeld.
Het nieuwe vastgoedfonds was een initiatief van een onderneming die onder meer woningen renoveert. De RA werkt al jaren voor deze firma. Begin vorig jaar vroeg de directeur van de renoveerder of ze het nieuwe fonds wilde doorrekenen. Ze had daartoe de nodige vragen. Maar hoezeer ze ook haar best deed, ze kreeg die niet beantwoord. Voor de accountant reden de opdracht in april terug te geven.
In mei stuurde het bedrijf het conceptprospectus naar de AFM. De toezichthouder zag geen bezwaren. Maar bij de opdrachtgever bleef twijfel bestaan over de haalbaarheid. De directeur klopte daarom opnieuw bij de RA aan. Of zij er, ondanks alles, toch nog een keer naar zou willen kijken. Immers zij wist als geen ander hoe de vork in de steel zat. Aldus geschiedde.
“Ik voelde mij verantwoordelijk,” lichtte de accountant vrijdag toe. “Als er met zo’n fonds iets mis gaat worden particuliere beleggers ernstig gedupeerd. En dan zou de opdrachtgever zelf ook gevaar lopen.”
De accountant rekende het prospectus nog een keer helemaal door en kwam tot de conclusie dat het fonds geen haalbare kaart was. Merkwaardig, meende de adviseur. “We hebben, nadat ze de opdracht had teruggeven, nog regelmatig contact gehad over het prospectus. De opdrachtgever wilde namelijk de nodige aanpassingen. Ze zei toen: ‘Je moet je poot stijf houden, het fonds zit in principe goed in elkaar.’ Een paar maand later zegt ze precies het tegenovergestelde.”
Volgens de adviseur laat die switch zich maar door een ding verklaren. De accountant had nog 30.000 euro tegoed van de renoveerder. Die wilde de onderneming niet betalen. Dat was volgens hem ook de reden waarom ze de opdracht destijds had teruggegeven. Dat ze het beleggingsfonds later geen haalbare kaart noemde, was volgens de adviseur omdat ze zich voor het karretje van de directeur had laten spannen. Die had haar beloofd alsnog met de 30.000 euro over de brug te komen.
Dit negatieve advies was volgens de adviseur koren op de molen van de directeur. De adviseur en de directeur liggen namelijk ook met elkaar in de clinch. De directeur wil de adviseur niet betalen omdat hij ondeugdelijk werk zou hebben geleverd. Die is daarom een rechtszaak tegen de onderneming begonnen. Als de accountant zou bevestigen dat het prospectus ondeugdelijk was, kon de directeur van het bedrijf daar in de rechtszaak zijn voordeel mee doen, meende de adviseur.
De accountant kaatste de bal terug. Pas nadat zij de adviseur had laten weten niet achter het prospectus te kunnen staan, had deze haar laten weten een klacht in te gaan dienen bij de Accountantskamer, stelde zij.
Dat ze opportunistisch en dus niet integer heeft gehandeld ten faveure van haar eigen portemonnee, is volgens de accountant onzin. Van opportunisme is volgens haar geen sprake. Temeer omdat er liefst zes conceptprospectussen zijn gemaakt en de laatste sterk verschilde van de versie die ze in april onder ogen kreeg. Als voorbeeld noemde ze de sterk geslonken omvang van het fonds; van 6 miljoen naar 1,5 miljoen euro. Daardoor zouden de baten niet meer opwegen tegen de kosten.
De 30.000 euro die ze nog van de opdrachtgever tegoed had, had ze bovendien al afgeschreven. Dat ze zich nu bij de tuchtrechter moet verantwoorden heeft volgens haar maar een reden: de adviseur wil haar gebruiken als ammunitie in zijn rechtszaak tegen de renoveerder. Daar past ze voor, vertelde ze. “Ik laat me niet als pion gebruiken in dit schaakspel tussen deze twee partijen.”
De adviseur beticht de accountant ook van het schenden van de vertrouwelijkheid. Hij heeft naar zijn zeggen een organigram ontvangen waarin alle bezittingen van het bedrijf staan en de belangen daarin van derden. Volgens de adviseur had ze hem dit nooit mogen versturen.
Ook dit onderdeel van de klacht is volgens de accountant ongegrond. “Iedereen die bij de oprichting van zo’n nieuw vastgoedfonds is betrokken, krijgt zo’n organigram toegemaild.”
Vonnis over tien tot vijftien weken.
Auteur: Jan Smit/Juridisch Persbureau Zwolle
Lees ook: Vriendendienst levert tuchtklacht op