Pensioen gehalveerd: Klacht tegen vennoten wegens slechte voorlichting
Zaaknr. 18/1391 t/m 18/1396
Dat betoogden drie voormalige werknemers van dit kantoor, van wie er inmiddels twee zijn gepensioneerd en een elders werkt, maandagmiddag bij de Accountantskamer.
De kwestie draait om de pensioenen van de voormalige employees. Daarover liggen de klagers en de vennoten al ruim tien jaar met elkaar in de clinch.
De werknemers stapten in 1999 vrijwillig over van een pensioen op basis van de gematigde eindloonregeling op een pensioen op basis van beschikbare premieregeling.
In 2008 ontdekten ze tot hun grote schrik dat dit grote gevolgen had. Hun pensioen(opbouw) viel uiteindelijk liefst 50 procent lager uit dan met de oude regeling. Ze stelden de destijds zittende vennoten daarvoor verantwoordelijk. Omdat overleg niet tot het gewenste resultaat leidde, starten ze een gerechtelijke procedure. Die belandde uiteindelijk bij de Hoge Raad. De hoogste rechter deed augustus 2018 uitspraak.
Volgens dit vonnis zijn de voormalige werknemers destijds onvoldoende geïnformeerd over de risico’s van hun overstap en moeten de vennoten hen compenseren. Daarover loopt inmiddels een zogeheten schadestaatprocedure waarin wordt bepaald hoe hoog de schade is. In deze procedure doet de rechtbank in februari uitspraak.
De oud-employees vinden dat de vennoten direct gehoor hadden moeten geven aan het vonnis van de Hoge Raad.
De maten hebben dit volgens de klagers verzaakt. Zij hebben de pensioenadviseur van destijds verantwoordelijk gesteld voor de schade. Die is daarvoor verzekerd.
Wel is er ook de afgelopen weken nog druk gepoogd om tot een compromis te komen. In overleg met de verzekeraar wilden de vennoten het pensioentekort van 50 procent terugbrengen tot 15 procent. Daarmee gingen de werknemers niet akkoord. Zij eisen meer compensatie en vinden dat de vennoten zich niet mogen verschuilen achter de pensioenadviseur en zijn verzekeraar. “Zo’n uitspraak naast je neerleggen is niet professioneel en niet integer”, aldus een van de twee aanwezige klagers. “En net als een beetje zwanger kun je ook niet een beetje integer zijn.”
De beklaagden vinden dat zij niet in strijd met de gedrags- en beroepsregels hebben gehandeld. “Wij hebben ons tot op het laatst constructief opgesteld,” betoogde een van hen. “We zijn er echter samen niet uitgekomen. Dus rest ons niets anders dan nu de uitkomst af te wachten van de schadestaatprocedure. Daarmee doen we precies wat de Hoge Raad heeft bepaalt.”
Drie van de zes vennoten vroegen zich sowieso af waarom zij door de ex-werknemers zijn aangeklaagd. Zij waren in 1999, toen de werknemers kozen voor de nieuwe pensioenregeling, nog geen partner.
De uitspraak: Klacht over gehalveerde pensioenen ongegrond verklaard
Auteur: Jan Smit/Juridisch Persbureau Zwolle