Ontbreken controleverklaring recreatiepark bezorgt klager ‘slapeloze nachten’
Zaaknr. 19/358
Een van de eigenaren van een huisje op het resort, tevens jarenlang lid van de financiële commissie, daagde de accountant daarop voor de tuchtrechter. De man zat er zo mee dat hij er naar eigen zeggen niet meer van kon slapen.
De jaarrekeningen zijn van de stichting die de belangen behartigt van de eigenaren van de huizen en grond op het in het Gelderse Lathum gelegen Riverparc, dat inmiddels is gepromoveerd tot een reguliere woonwijk. Klager was eerst lid van de technische commissie en later van de financiële commissie van dit ‘park’.
Hij kreeg vorig jaar vragen van mensen die een kavel wilden kopen op Riverparc, maar daarvoor niet in aanmerking kwamen. Ze wilden van klager weten hoe dit kon.
Klager informeerde op zijn beurt bij het bestuur. Dat wilde zijn vraag niet beantwoorden. Vervolgens richtte hij zijn pijlen op de accountant. Die verzorgde immers de jaarrekeningen en moest hem dus alles over de kavelverkoop kunnen vertellen, meende hij.
De RA, sinds 2007 bij dit dossier betrokken en sinds 2015 controlerend accountant, hield de boot af. Hij baseerde zich daarbij op de vertrouwelijkheid richting zijn opdrachtgever: het bestuur van de stichting.
Volgens klager treft de accountant echter wel degelijk blaam. Hij verwijt de RA gebrekkige controle op de jaarrekening 2017, een jaar waarin verscheidene kavels zijn verkocht. Ook had de accountant de deelnemers in de stichting moeten laten weten hoe de verkoop was verlopen. Verder had beklaagde moeten rapporteren over de getrouwheid van de jaarrekening en moeten aangeven volgens welk stelsel van financiële verslaglegging hij de jaarrekeningen had samengesteld.
Het feit dat het bestuur de RA en diens voorganger(s) vanaf het begin louter een samenstellingsopdracht heeft gegeven, ontslaat de accountant volgens klager niet dat van zijn verantwoordelijk inzake de juistheid van de gegevens in de jaarrekening. In de statuten van de stichting staat immers dat de accountant tevens verantwoordelijk is voor de getrouwheid. “Daarmee is er in feite sprake van een controleopdracht,” betoogde de schoonzoon van klager die zelf RA is. “En daarin zijn deze RA en zijn kantoor tekortgeschoten.”
De beklaagde RA dacht daar duidelijk anders over. Volgens Arno de Brouwer, advocaat van deze accountant, maakt klager oneigenlijk gebruik van het tuchtrecht. “We staan hier nu louter omdat klager een geschil heeft met het bestuur van de stichting. Hij wil via de accountant krijgen wat het bestuur hem onthoudt.”
Bovendien is het volgens De Brouwer de vraag wat klager met de klacht wil bereiken. Hoe de verkoop van de kavels is verlopen valt inmiddels uitgebreid te lezen op de website van het park – het bestuur heeft tot deze transparantie besloten naar aanleiding van vragen van andere deelnemers, aldus de advocaat.
Verder is ‘getrouwheid’ een echte verslaggevingsterm en geen controleterm, bepleitte de advocaat.
De deelnemers informeren over de details over de verkoop van kavels is volgens De Brouwer in strijd met de geheimhoudingsplicht. Het tuchtcollege wilde van klager weten hoe het kan dat hij niet eerder is gevallen over het feit dat het louter een samenstellingsopdracht betreft. Had hij dit nooit opgemerkt?
“Ik ben geen financieel deskundige,” reageerde klager.
Lid van het college: “Weet u wat samenstellen is?”
Klager: “Absoluut niet. Laat staan wat getrouwheid betekent.”
De uitspraak: Berisping voor ‘onzorgvuldige’ RA
Jan Smit / Juridisch Persbureau Zwolle