‘Controle KPMG in zaak Imtech was gebrekkig’

De drie accountants wordt verweten dat ze onvoldoende kritisch de boeken van de techreus hebben onderzocht.

Zaaknrs. 18/276 | 18/277 | 18/328

Eerder over deze zaak verschenen:
[11-10-2018] Nieuwe tuchtklachten KPMG voor Imtech
[25-01-2019] Tuchtrechter buigt zich toch over Imtech-dossier

De wijze waarop de groepsaccountants van KPMG de boeken van dochterondernemingen in Polen en Duitsland controleerden, maakte dat ze de fraude daar nooit konden zien. Dat beweerden de curatoren van Imtech maandag bij de Accountantskamer. 

Het is mogelijk het grootste naoorlogse faillissement in Nederland. Techreus Imtech, ooit volgens de curatoren goed voor een omzet van 5 miljard euro, viel in 2015 om. Dat nadat in de jaren ervoor duidelijk werd dat er in Duitsland en Polen in de boeken gerommeld was. 

In de tuchtzaak stonden drie accountant van KPMG terecht. Twee groepsaccountants die het werk van lokale accountants in Polen en Duitsland controleerden en een collega die de kwaliteit toetste. Het drietal wordt verweten dat ze onvoldoende kritisch en met onvoldoende diepgang de boeken onderzocht. Hoewel de klacht al jaren boven hun hoofden hangt, zijn ze er met deze ene zittingsdag nog niet vanaf. Maandag stonden de feiten uit 2011 centraal. Ergens volgend jaar volgt een nieuwe tuchtzaak die draait om de jaarrekening van 2012.

'Duurste accountantscontrole'
De advocaat van de curatoren benadrukte in het begin van zijn pleidooi de omvang van deze zaak. Met een vergoeding van 3,8 miljoen euro is dit vermoedelijk de duurste door de Accountantskamer te beoordelen controle ooit. Duizenden aandeelhouders, banken die er honderden miljoenen in staken, ruim 22.000 opdrachtgevers en met bijna 26.000 werknemers was Imtech in alles groots. Voor al die partijen gold dat ze moesten kunnen vertrouwen op de geconsolideerde jaarrekening van 2011 van Imtech. 

“Betrokkenen waren als verantwoordelijke accountants de aangewezen personen om te controleren of op die jaarrekening kon worden vertrouwd'', aldus raadsman René van de Klift. In 2013 bleek er van alles mis met die jaarrekening 2011 van de dochters uit Duitsland en Polen. De openingsbalans en winst werden in totaal met een bedrag van 109,3 miljoen euro aangepast. Hadden de betrokkenen dat niet al bij de controle van de jaarrekening moeten ontdekken? 

Volgens de curatoren was de controle echter zo gebrekkig opgezet en uitgevoerd dat de accountants “deze noodzakelijke afwaarderingen en aanpassingen überhaupt niet konden ontdekken.''

Volgens de curatoren hebben de accountants diverse 'red flags' gemist. Vreemd geschuif met miljoenen, maar ook ontving Imtech Polen vlak voor het einde van 2011 plots 58 miljoen euro op de bank. Dat was goed voor de helft van de jaaromzet van deze dochteronderneming. “Betrokkenen hebben hierover ten onrechte geen vragen gesteld.'' 

De accountants werden slechts 'papieren winsten' gepresenteerd. Zo keken ze niet naar vijf projecten waarvoor Imtech Duitsland in 2010 voor 200 miljoen euro aan meerwerk verrichtte dan dat ze aan vooruitbetalingen had ontvangen. En evenmin werd de Duitse accountant gevraagd dat te doen. De controlefouten bleken symptomatisch, aldus de advocaat, want ook in 2013 en 2014 zijn nog eens voor 600 miljoen euro aan onderhanden werken en debiteuren afgewaardeerd. “Elke controle was jarenlang 'too little' en de afwaarderingen waren 'too late'.''

Onderbuik
De stelling dat de accountants diverse risico- en fraudesignalen niet onderkend hebben, valt niet te rijmen met het feit dat het juist de betrokkenen waren die de fraude ontdekten, zei advocaat Simone Hoogeveen namens de gedaagden. Zij meende dat de curatoren het liefst hadden gezien dat de betrokkenen het werk van de 'component auditors', ofwel de lokale accountants, hadden overgedaan. Maar de verantwoordelijkheid voor de lokale controles ligt juist bij die lokale accountants. 

Dat de betrokkenen fraudesignalen misten, klopt evenmin. KPMG Duitsland bevestigde dat destijds geen sprake was van dergelijke signalen. Advocaat Arjen Witteveen, die de opdrachtgerichte kwaliteitsbeoordelaar bijstond, meent dat de klacht inspeelt op een onderbuikgevoel. De wetenschap dat het met Imtech slecht afliep, maakt “dat de controlerend accountant zijn werk dus niet goed heeft gedaan. En omdat de controlerend accountant zijn werk niet goed deed, zetten curatoren ook maar meteen de volgende stap: ook de opdrachtgerichte kwaliteitsbeoordelaar zal zijn werkzaamheden dan wel niet adequaat hebben uitgevoerd.'' Te kort door de bocht en domweg onjuist, aldus de raadsman.

Centraal in de zaak staat ook in het algemeen de rol van de groepsaccountant. Verschuivingen in kosten zijn in het algemeen een signaal van fraude, zei een van de leden van de Accountantskamer. Dat werd gesignaleerd maar vervolgens ook weer bij de lokale accountant teruggelegd. Niet in de verslagen is opgenomen wat er dan precies met die lokale accountant besproken is. “Dat in de notitie niet precies staat welke aanvullende evaluatie we gedaan hebben, is in mijn opinie niet nodig'', zei een van de betrokkenen. “Misschien had ik meer kunnen vastleggen. Dat ga ik na vandaag zeker doen'', zei een tweede. De accountants blijven achter hun werk staan. Een van hen omschreef de klacht als “een schot hagel in de hoop een treffer te hebben, en wel in de onderbuik''.

Uitspraak volgt over een aantal maanden.

Gerelateerde artikelen