Hof wil Lakeman spreken over strafvervolging Hamers
Het Openbaar Ministerie besloot eerder om ING een boete van 775 miljoen euro op te leggen maar géén leidinggevenden te vervolgen. Lakeman sprak van ‘een gevaarlijke verstoring van het maatschappelijk leven, het publieke debat en het financiële stelsel’. Hij vroeg het Gerechtshof in september het OM op te dragen Hamers alsnog strafrechtelijk te vervolgen. De zitting vindt 22 mei achter gesloten deuren plaats. Behalve Lakeman mogen alleen Hamers en zijn advocaat aanwezig zijn.
In een brief aan het Amsterdamse gerechtshof stelde de SOBI-voorzitter in september 2018 dat hij Hamers beschouwt als ‘feitelijke leidinggever aan de door ING Bank verrichte verboden gedragingen’. Het ging onder meer om het niet op orde brengen van het compliance-apparaat en het negeren van waarschuwingen van de Nederlandse Bank en de Europese Centrale Bank. Het systeem dat ING hanteerde om mogelijke misstanden te monitoren was vrijwel buiten werking gesteld en ernstig verouderd.
ING, zo stelde Lakeman destijds, investeerde willens en wetens onvoldoende in compliance-deskundigen. De vennootschap maakte mede daardoor jaarlijks 100 miljoen euro extra winst. De SOBI-voorzitter vindt het onacceptabel dat het OM de in de periode 2010-2016 gepleegde strafbare feiten alleen toerekende aan de vennootschap. De SOBI-voorzitter rekent het de ING-topman zwaar aan dat hij waarschuwingen van toezichthouders als de Europese Centrale Bank en de Nederlandse Bank stelselmatig in de wind sloeg.
SOBI vreest dat wanneer Hamers niet strafrechtelijk wordt vervolgd het vaker gaat gebeuren dat bestuurders die in de fout zijn gegaan zich op kosten van de aandeelhouders vrijkopen door akkoord te gaan met zeer hoge boetes voor de vennootschap en zo persoonlijk buiten schot blijven. Lakeman is blij dat het Gerechtshof Den Haag de mogelijkheid om Hamers strafrechtelijk te laten vervolgen serieus neemt en hem heeft uitgenodigd om zijn verzoek tot vervolging toe te komen lichten.