Accountant: ik hoop dat dit stopt

Tegen een accountant uit het noorden van het land is andermaal een klacht ingediend door dezelfde oud-cliënt…

Zaaknr. 19/1617 e.a.

“Ik hoop dat het stopt'', zei een beklaagde accountant over de nieuwe tuchtzaak, al lijkt het einde niet in zicht. Over de zaak uit 2019 publiceerden we het artikel ‘loopgravenoorlog’.

Wat wilt u eigenlijk bereiken met deze klacht, vroeg de voorzitter aan de klager. “Ja dat weet ik eigenlijk niet'', reageerde hij. In juni vorig jaar leidde een eerdere klacht van hem tot een waarschuwing voor de accountant. De tuchtklacht die nu voorlag, ligt in het verlengde van deze zaak uit 2019. Beide partijen leerden elkaar kennen toen een orgelbouwer uit Roodeschool in moeilijk vaarwater terechtkwam. De klager wilde het bedrijf wel overnemen. Om een vordering van de ABN AMRO af te kopen was 85.000 euro nodig. Geld waarover de klager niet bleek te beschikken. 

Vanaf het moment dat de accountant de man adviseerde af te zien van de koop van de orgelbouwer, liep het mis in de verstandhouding. De accountant wilde zijn rekeningen – ter grootte van ruim 41.000 euro – betaald hebben. Hij liet beslag leggen om het vermogen van de klager. Dat leidde uiteindelijk tot het persoonlijk faillissement van de klager. De accountant had echter in die procedure zorgvuldiger moeten handelen. Hij liet zich te veel leiden door eigenbelang, oordeelde de Accountantskamer, die hem in juni een waarschuwing oplegde. Zo had hij een vermeende toezegging van de klager om borg te staan moeten begrijpen in het licht van diens psychische toestand. De raadsman van de accountant vond dat zijn cliënt wel erg hard werd afgestraft omdat hij had moeten vermoeden dat de klager psychische problemen heeft. Die problemen werden later akelig duidelijk toen de betreffende accountant ter bescherming voor zijn gezin en kinderen een hekwerk rond zijn woning liet plaatsen. De klager werd later door de strafrechter voor stalking veroordeeld. De straf- en tuchtzaak lijken sterk met elkaar verwezen te zijn.

Maar waarom zaten de partijen dan nu opnieuw tegenover elkaar bij diezelfde tuchtrechter? De klager zag in het proces-verbaal van die zitting uit 2019 een nieuwe klacht. De accountant had de tuchtrechter voorgelogen, vond hij. De raadsman van de accountant schetste de tuchtrechter wat voor man de klager is. “Hij heeft dertig tot veertig tuchtklachten lopen tegen beroepsbeoefenaars'', zei hij. Van psychiaters en huisartsen tot accountants en advocaten: iedereen die hem in de voeten loopt, kan een klacht verwachten. “Al dien ik tegen honderd man klachten in: als Nederlander heb ik dat recht'', reageerde de klager. Deze zaak is een herhaling van de klacht uit maart, zei de advocaat. “De klager is veroordeeld voor stalking en valt ook anderen lastig. Het is intimiderend gedrag en de familie van mijn cliënt leed daar onder.'' De accountant hoopt vooral dat dit de laatste klacht was. “Er is de laatste zeven jaar al genoeg over gezegd.''

De uitspraak: Geen grond voor herhaalde klacht tegen accountant

Gerelateerde artikelen