Geen verlies uit aanmerkelijk belang

Rechtbank Gelderland heeft in een zaak geoordeeld dat een particulier verlies heeft geleden als schuldeiser. Er is geen sprake van verlies uit aanmerkelijk belang.

Een particulier heeft bij akte van verkoop en levering van 9 januari 2004 aandelen in een bv verkocht aan een derde partij. Ter zake van de overdrachtsprijs is bij die partij een bedrag van € 182.376,88 schuldig gebleven. De schuld zal in termijnen worden afgelost. Omdat de resultaten van de bv achterliepen hebben de partijen in 2012 een nadere overeenkomst gesloten, waarbij de resterende termijnen zijn verlaagd.

De particulier verzoekt om vaststelling van een verlies uit aanmerkelijk belang omdat de overdrachtsprijs na het tijdstip van de vervreemding is verlaagd (artikel 4.29, lid 2, Wet IB 2001). Volgens de man is sprake van de betaling van de koopsom in termijnen.

Rechtbank Gelderland acht daarvan op grond van de akte van verkoop en levering van de aandelen geen sprake. Uit de akte blijkt dat voor de koopsom kwijting is verleend en dat daarvoor een recht als schuldeiser van een geldlening in de plaats is gekomen. Er is geen aanleiding om aan te nemen dat partijen iets anders zijn overeengekomen dan in de akte is vastgelegd.

De nadere overeenkomst uit 2012 is een aanpassing van de leningsvoorwaarden en niet een aanpassing van de koopsom zoals bedoeld in artikel 4.29, lid 2, Wet IB 2001.

(Bron: Fiscanet

Gerelateerde artikelen