Geen VAR-wuo voor zzp’er die (thuis)zorg verleent

21 oktober 2016

De inspecteur van de Belastingdienst heeft terecht geen VAR-wuo afgegeven voor een zzp’er die werkzaamheden verrichtte in verschillende verpleeghuizen en in de thuiszorg. Tot dit oordeel kwam Rechtbank Gelderland.

Een gediplomeerd ziekenverzorgende verleent thuiszorg en zorg in zorginstellingen. Voor haar werkzaamheden in de periode juli 2012 tot en met december 2013 heeft zij van de Inspecteur een VAR-wuo ontvangen.

Met dagtekening 4 maart 2014 is aan de ziekenverzorgende voor het jaar 2014 een VAR-loon afgegeven. Op 24 maart 2014 heeft zij voor 2014 een nieuwe VAR aangevraagd. De nieuwe aanvraag is op 26 maart 2014 afgewezen. Tegen deze afwijzing is bezwaar gemaakt met dagtekening 1 mei 2014. Het bezwaar is op 20 mei door de Inspecteur ontvangen. De Inspecteur heeft het bezwaarschrift aangemerkt als bezwaar tegen de beschikking van 4 maart 2014 en heeft het wegens overschrijding van de bezwaartermijn niet-ontvankelijk verklaard.

De ziekenverzorgende heeft vervolgens beroep ingesteld bij Rechtbank Gelderland. De Rechtbank oordeelt dat er geen aanleiding is het beroep vanwege het ontbreken van een procesbelang niet-ontvankelijk te verklaren. Zij oordeelt dat het bezwaar terecht niet-ontvankelijk is verklaard. Anders dan de ziekenverzorgende meent, kan de nieuwe aanvraag van 26 maart 2014 niet worden aangemerkt als bezwaar tegen de reeds afgegeven VAR-verklaring.

Aan een inhoudelijk oordeel over het jaar 2014 komt de Rechtbank niet toe.
In geschil is ook nog of de Inspecteur terecht voor het jaar 2015 geen VAR-wuo heeft afgegeven.

De door de ziekenverzorgende uitgevoerde werkzaamheden zijn niet allemaal onder soortgelijke condities verricht en worden daarom door de Rechtbank afzonderlijk beoordeeld. Zij komt tot de conclusie dat de Inspecteur terecht geen VAR-wuo heeft afgegeven.