Geen arbeidskorting voor werknemer die op non-actief is gesteld

Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft geoordeeld dat een op non-actief gestelde werknemer geen recht heeft op arbeidskorting.

Een particulier is werkzaam geweest in dienstbetrekking bij een bv. Hij verrichtte in 2013 geen werkzaamheden meer in het kader van die dienstbetrekking, maar ontving wel zijn salaris van € 33.401. Vanaf 22 januari 2013 werkte hij elders in dienstbetrekking.

De belastinginspecteur heeft bij de aanslagregeling over 2013 het inkomen van de man van de bv aangemerkt als inkomsten uit vroegere dienstbetrekking. De particulier meent dat het inkomen van die bv moet worden aangemerkt als inkomen uit tegenwoordige arbeid, zodat hij voor dit inkomen recht heeft op arbeidskorting. Rechtbank Zeeland-West-Brabant geeft hem geen gelijk.

Nu de particulier inkomen heeft genoten zonder daarvoor arbeid te hoeven verrichten, houdt die beloning geen verband met bepaalde in 2013 verrichte arbeid en is geen sprake van inkomen uit tegenwoordige dienstbetrekking, zodat terecht geen arbeidskorting over dit inkomen is verleend.

Dat een zieke werknemer wel recht heeft op de arbeidskorting leidt niet tot schending van het gelijkheidsbeginsel. Artikel 8.1, lid 2, onder c, Wet IB 2001 bepaalt dat tot het arbeidsinkomen tevens wordt gerekend het loon genoten ingevolge de Ziektewet. Een werknemer die op non-actief is gesteld en een werknemer die ziek is, zijn geen gelijke gevallen. De wetgever kan die dus verschillend behandelen.

(Bron: Fiscanet

 

Gerelateerde artikelen