Euro, deflatie en negatieve rente
Europese centrale banken testen tot hoe ver onder nul ze de rente kunnen laten dalen.
In juni van vorig jaar verlaagde de ECB de rente waarvoor commerciële banken kunnen lenen tot 0,15%. De rente op dse tegoeden die diezelfde banken parkeren bij de ECB daalde drie maanden later tot -0,2%. De refirente is inmiddels gedaald tot 0,05%.
Deze maand zal de ECB naar verwachting de tarieven nog verder omlaag schroeven, naast uitbreiding van de ‘quantitative easing’, de creatie van nieuw geld om obligaties op te kopen. Volgens Mario Draghi zijn deze minder conventionele maatregelen noodzakelijk om de economie in Europa een por in de goede richting te geven en echte deflatie te voorkomen.
Nog niet zo heel lang geleden dacht men dat ‘nul’ de laagst mogelijke rente was – men kon immers altijd ook kiezen voor cash geld bewaren. Je matras of spaarvarken eist geen beloning voor het bewaren van je geld. Spaarders, dacht men, zouden een lage rente alleen pikken, als dat in elk geval de moeite van het zoeken naar alternatieven zou besparen. Maar hoever kan die rente echt zakken?
De Deense centrale bank hanteert al drie jaar negatieve rentepercentages om de koers van de kroon te beschermen. Ook Zwitserland kiest na veel quantitative easing nu voor negatieve rentes om de koers van de frank laag te houden. Zweden besloot in februari om de rente onder 0 te laten zakken om de kroon te verzwakken.
Het gaat al die landen er vooral om, de wisselkoers met de euro op het gewenste peil te houden. Dat betekent dus: de waarde van hun nationale valuta verminderen, en daarvoor moeten ze hun rentepercentages onder die van de ECB houden.
Voor de rentepercentages van centrale banken elders in de wereld zie global-rates.com/.
Meer over negatieve rente cfo.com/credit .