‘Rechters te streng bij beoordelen commerciële activiteiten ANBI’s’

Volgens PwC blijkt uit een aantal recente gerechtelijke uitspraken dat commerciële activiteiten van goede doelen een belemmering kunnen zijn voor hun ANBI-status. ‘Naar onze mening is dit ten onrechte,’ aldus PwC.

PwC: ‘Uit  recente uitspraken blijkt dat de Belastingdienst en fiscale rechters bij de beoordeling van de ANBI-status nauwlettend aandacht besteden aan de tariefstelling van de doelactiviteiten die uw instelling verricht. Als toetsingskader hanteert men daarbij hoe het publiek de tariefstelling van deze activiteiten ervaart. Indien de vergoeding die uw instelling voor een doelactiviteit vraagt min of meer gelijk is aan wat in de markt gebruikelijk is, kan dit een gevaar vormen om de ANBI-status te verkrijgen of te behouden. Dat de vergoeding vanuit uw organisatie bezien slechts kostendekkend of zelfs verliesgevend is, zou hier volgens sommige rechters niets aan afdoen.’

PwC zegt zich niet te kunnen vinden in deze door rechters gehanteerde invulling van het begrip ‘commercieel tarief’. ‘De wetgever heeft namelijk in de toelichting op de Uitvoeringsregeling Geefwet aangegeven, dat pas sprake is van een commercieel tarief, indien het tarief de integrale kostprijs te boven gaat teneinde een voordeel te behalen. Een dergelijk structureel winstbeogend karakter ontbreekt ons inziens bij het Katholiek Nieuwsblad en de gehandicaptenreisorganisatie en verschillen daarmee niet wezenlijk van de situatie in de zaak van de watersportstichting. Met de Geefwet is beoogd het particuliere initiatief mede langs fiscale weg te stimuleren. Het valt te hopen dat de gerechtelijke uitspraken bij de wetgever onder de aandacht worden gebracht, zodat hij kan verduidelijken welke uitleg hij voor ogen staat. Alleen op deze manier kan de doelstelling van de Geefwet ook effectief gestalte krijgen,’ zo stelt PwC.

Gerelateerde artikelen