CBb laat 10 jaar doorhaling ‘hennep-accountant’ in stand
In de woning van de accountant was een hennepkwekerij ontdekt. De AA was eerder al door de rechtbank in Amsterdam veroordeeld tot 10 maanden cel waarvan 4 maanden voorwaardelijk. Reden: het opzettelijk onjuist doen van meerdere aangiften omzetbelasting. De NBA en het Openbaar Ministerie meenden dat voor de AA geen rol meer was weggelegd in het accountantsberoep. De tuchtrechter was het daarmee eens en haalde de AA voor tien jaar door.
De accountant is tegen de uitspraak van de Accountantskamer in beroep gegaan bij het CBb, maar dat college komt tot de slotsom dat het hoger beroep ongegrond is. Ten aanzien van de opgelegde maatregel is het CBb met de Accountantskamer van oordeel dat de AA van zijn handelen een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Daarbij neemt het CBb in aanmerking dat de accountant over een langere periode bewust onjuiste belastingaangiften heeft ingediend. Dat op grond van die onjuiste aangiften slechts een beperkt bedrag, te weten € 4.700,- feitelijk is uitbetaald, kan aan de ernst daarvan in tuchtrechtelijke zin niet afdoen. Dat de AA zich dienstbaar heeft opgesteld aan het op professionele wijze geld verdienen met illegale activiteiten rekent ook het CBb de accountant zwaar aan, nu hij daarmee het accountantsberoep ernstig in diskrediet heeft gebracht. Alles overziende acht het CBb, evenals de Accountantskamer, een doorhaling waarbij de termijn waarbinnen appellant niet opnieuw kan worden ingeschreven in het register wordt bepaald op de maximale duur van tien jaar, passend en geboden.
Lees ook: