BNP Paribas: kosten energietransitie vallen mee voor bedrijven

Nederland is minder vatbaar voor klimaatrisico's dan buurlanden.

Als voorloper in verduurzaming zijn Nederlandse bedrijven relatief goed gepositioneerd om de bijkomende kostendruk bij de energietransitie op te vangen. De koolstofintensiteit van het Nederlandse bedrijfsleven ligt bijna de helft onder het gemiddelde van de ontwikkelde markten. De Nederlandse economie is daardoor minder vatbaar voor risico’s van energietransitie.

Dit concludeert BNP Paribas op basis van een selectie van klimaatindicatoren van MSCI ESG Research. Het gaat dan om indicatoren als de blootstelling van de economie aan fossiele sectoren, de koolstofintensiteit van bedrijfsactiviteiten en de omzet uit duurzame economische activiteiten. MSCI is een indexprovider en wereldwijde leverancier van investeringsdata, waaronder ESG-gegevens.

Resistentie Nederlandse bedrijven

BNP Paribas noemt de resistentie van Nederlandse bedrijven voor de energietransitie opvallend. Nederland zou juist wel vatbaar moeten zijn, omdat een relatief groot deel van het binnenlands product in Nederland wordt verdiend in sectoren met een grote impact op het klimaat, zoals landbouw, energie en industrie. 

“Deze resultaten duiden er mogelijk op dat Nederland in koolstofintensieve sectoren door duurzame innovaties minder CO2 uitstoot dan internationale concurrenten”, aldus BNP Paribas.

Ook denkt de Franse bank dat de eeuwenlange strijd van Nederland tegen het water heeft bijgedragen aan het besef dat beheersing van het klimaat samenwerking vereist en betrouwbaar openbaar bestuur. 

Vanzelfsprekende miljarden

“Met 59 procent van het Nederlands grondgebied blootgesteld aan overstromingsrisico’s is het voor Nederlanders vanzelfsprekend dat miljarden worden besteed aan bescherming tegen een risico dat niet voor alle inwoners dezelfde impact heeft”, zo gaat BNP Paribas verder.

Om in 2050 te voldoen aan nieuwe, strengere waterveiligheidsnormen moeten dijken, waterkeringen en dammen worden versterkt. De kosten voor deze operatie zijn, mede door de klimaatverandering, verschillende keren naar boven bijgesteld. 

Wanneer BNP Paribas de kredietwaardigheid van klanten toetst is het landenrisico een belangrijke factor. De capaciteit van (lokale) overheden om klimaatrisico te mitigeren wordt dan meegewogen in dit risico. Consistent bestuur en een langere termijnvisie, betekenen een lager risico. Ook de directe gevolgen van opwarming weegt BNP Paribas mee in de beoordeling van fysieke klimaatrisico’s. 

 

Lees ook: Eén op vijf grote bedrijven op koers met klimaatneutraliteit

 

Gerelateerde artikelen