Beursgenoteerde ondernemingen Benelux rapporteren transparanter over klimaatprestaties
Elk jaar doet het CDP onderzoek naar de activiteiten die het bedrijfsleven onderneemt ten behoeve van klimaatverbetering. Het aantal best presterende klimaatleiders in de Benelux is zelfs gehalveerd ten opzichte van 2014. In 2015 hebben ING, Philips, BAM en Proximus een A gescoord.
Benelux
In de Benelux zijn 53 bedrijven vergeleken en scoorde vier bedrijven een A. ING en BAM behaalde voor het tweede jaar, en Philips zelfs voor de derde keer op rij de hoogste score van 100A, wat wijst op een excellente aanpak om klimaatverandering tegen te gaan, uitgebreide rapportering en een uitstekend begrip van de impact van klimaatverandering op de bedrijfsresultaten. Opvallend is dat 70% van de bedrijven uit de Benelux gebruikmaken van hernieuwbare energie voor het reduceren van hun uitstoot ten opzichte van gemiddeld 36% van de wereldwijde ondernemingen.
Het onderzoek, uitgevoerd door Accenture, ‘The A List: The CDP Climate Performance Leadership Index 2015’ toont negen beursgenoteerde bedrijven in de Benelux en Frankrijk die de beste prestaties laten zien tegen klimaatverandering. Van de 146 bedrijven die in de Benelux en Frankrijk werden vergeleken behoren negen tot de wereldwijde top met de hoogste score A. Deze 146 bedrijven vertegenwoordigen 86% van de beurswaarde in de vier landen. De negen Climate Performance Leaders van 2015 in de Benelux en Frankrijk zijn:
• BAM
• ING
• Philips
• Proximus
• Alcatel-Lucent
• Atos
• Foncière des Regions
• L’Oréal
• Schneider Electrics
Ondanks dat de scope 1 & 2 emissie in de Benelux en Frankrijk (direct en indirect) 2% lager is geworden, is dit voornamelijk te danken aan de verbetering van drie grote uitstoters: EDF, ENGIE en Veolia. De rest van de bedrijven rapporteerde hogere emissies in vergelijking met 2014. De zes grootste CO2-uitstoters van Benelux en Frankrijk (Arcelor Mittal, ENGIE, Lafarge, Shell, EDF en Total) zijn verantwoordelijk voor 80% van scope 1 en 42% van de scope 2 uitstoot.
Gestandaardiseerde verplichte verslaggeving
De risico’s van klimaatverandering vragen om leiderschap van politici, investeerders en bedrijven. Over drie weken start de VN-conferentie COP21 in Parijs waar de wereldleiders samenkomen voor het sluiten van een akkoord voor verlaging van CO2-uitstoot en het remmen van de mondiale temperatuurstijging. Steven Tebbe, Managing Director van CDP Europe: ‘Het is bemoedigend om te zien dat de Europese bedrijven zo sterk vertegenwoordigd zijn in onze A-lijst. Het ambitieuze, langetermijnbeleid van de EU heeft absoluut bijgedragen aan deze ontwikkeling en zorgt ervoor dat Europese producten en diensten tot de meest efficiënte en gewilde in de wereld behoren. Gezien het aandeel van Europese landen in klimaatverandering hebben we een morele verplichting om hiervoor een oplossing te vinden. Hoewel deze ambitie de private sector op de korte termijn voor uitdagingen stelt, zorgt ze op de middellange termijn voor banen, innovatie en extra concurrentievermogen. Een belangrijke volgende stap is het opleggen van een gestandaardiseerde, verplichte verslaggeving die voldoet aan de EU Non-Financial Reporting richtlijn.’
Scores
Het CDP vergelijkt jaarlijks, in opdracht van de grootste institutionele investeerders, beursgenoteerde bedrijven op het gebied van klimaatverbetering. In het onderzoek worden bijna 2000 beursgenoteerde bedrijven van over de hele wereld onafhankelijk getoetst en gerangschikt volgens de scoringsmethode van CDP. Van laag naar hoog kunnen bedrijven van E tot A scoren. Dit jaar behoren 113 bedrijven wereldwijd, waarvan 46% afkomstig uit Europa, tot de A-lijst en demonstreren daarmee een gerichte aanpak om klimaatverandering tegen te gaan. Spanje en het Verenigd Koninkrijk hebben de meeste klimaatleiders, respectievelijk 10 en 9 A-noteringen.
Het merendeel van de bedrijven die reageren op het CDP (92%) nemen klimaatverandering op in de bedrijfsstrategie en zien lange termijnrisico’s (>6 jaar). De doelstellingen op het gebied van CO2-reductie tonen echter geen langetermijnvisie. Slechts 4% van de doelen gaan voorbij aan 2020 en meer dan de helft verloopt in 2015.