Accountant wist niet dat Google eerder geld wilde
Het faillissement draait grotendeels om het besluit van Google om een langere betalingstermijn van Tellus niet meer toe te staan. Tellus was houdster van vele webpagina’s. Als iemand op zoekpagina Google bijvoorbeeld een verhuisbedrijf zocht, kwam deze terecht op een van de pagina's van Tellus. Het bedrijf loodste de klant vervolgens door naar een verhuisbedrijf dat daar voor betaalde. Google zorgde er tegen forse betaling voor dat deze websites bij zoekopdrachten bovenaan kwamen. Maar de Amerikaanse internetgigant had bezwaren tegen de trage wijze van betalen van haar facturen door Tellus. Het was dan ook dit internetbedrijf dat feitelijk de stekker trok uit Tellus, aldus de klagers.
Volgens de klagers gaf Google al langere tijd aan de overschrijdingen niet langer te tolereren. Dit zou onder meer blijken uit verklaringen van ex-werknemers van Tellus. Maar die verklaringen zijn te weinig concreet, zo oordeelde het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). De verklaringen vermelden geen bronnen of onderliggende stukken waaruit die door de ex-werknemers beschreven situatie blijkt. Deze 'getuigen' waren ook geen gesprekspartners van de controlerend accountant. Van de beklaagde kon “niet worden verwacht dat hij onder andere bij deze personen had ‘rondgevraagd’ naar wat er speelde bij de dochtervennootschap van de vennootschap die hij controleerde. Betrokkene voert onbetwist aan dat hij contact heeft gehad met de relevante gesprekspartner(s) in de onderneming; niet aannemelijk is geworden dat deze personen hem feiten hebben medegedeeld waaruit hij redelijkerwijs moest afleiden dat Google de overschrijding van de betalingstermijn niet langer wenste te gedogen”, zo staat in het vonnis te lezen.
Ook zou de accountant uitgegaan zijn van een foute waardering van de waarde van de domeinnamen. Hij ging in het boekjaar 2012 uit van een taxatie uit 2011. Dat KPMG Corporate Finance (CF) aangaf dat het de voorkeur verdient dat twee waarderingsmethodes worden gebruikt en dat als de gegevens aanwezig zijn het raadzaam is een zogeheten 'sanity check' uit te voeren, “zijn op zichzelf onvoldoende voor het oordeel dat betrokkene voor het boekjaar 2012 niet meer mocht afgaan op de waardering voor het boekjaar 2011. De stelling van appellante dat de domeinnamen na het faillissement van Tellus in december 2013 niets meer waard bleken, brengt het College niet tot een ander oordeel.”
Het hoger beroep is ongegrond verklaard.
Lees ook:
[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]