‘Accountant misleidde rechtbank in kwestie van half miljoen euro’

In een juridisch gevecht tussen twee notarissen stelde een accountant een rapport op met een onderbouwing van declaraties. “Deze procedure hoort thuis in de notariskamer, niet hier bij de Accountantskamer.''

Zaaknr. 20/2495

Om de klacht te snappen is een stap terug in de tijd noodzakelijk. De klager was notaris tot zijn ontslag in 2011. Hij verkocht zijn kantoor, Anotaris, aan zijn waarnemer, notaris Job B. Diezelfde B. werd vervolgens in juni 2016 geschorst na zijn aanhouding in een groot fraudeonderzoek van de FIOD. B. en medeverdachten zouden faillissementsfraude hebben gefaciliteerd door mee te werken aan overdrachten aan bijna failliete BV's. 

Daarna werd een tweede waarnemer aan het werk gezet. Die zou werken op kosten van B. maar hij stapte vervolgens naar de Kamer voor het Notariaat. De Kamer ontsloeg B. in augustus 2016 als waarnemer. Het gevolg: de man die in 2011 zijn kantoor verkocht moest opdraaien voor de kosten van de huidige waarnemer. “Ik kreeg vervolgens een rekening van vijf ton op de mat'', zei hij in de Accountantskamer.

De klager en de waarnemer zijn in een gerechtelijke procedure verwikkeld. En in die procedure wordt door de waarnemer de hulp gevraagd van de beklaagde registeraccountant. De accountant bekeek of de declaraties van de waarnemer onderbouwd zijn. Met dat rapport is de rechtbank in die civiele kwestie op het verkeerde been gezet, zegt advocaat Joost Papeveld. 

Namens klager meent hij dat de accountant zich had moeten afvragen waarom zijn opdracht beperkt was tot alleen de onderbouwing van die declaraties. Want de waarnemend notaris maakte toch niet alleen kosten? “Waarom is niet gekeken naar de inkomsten, zijn omzet? Als je stelt de dossiers gezien te hebben, moet je ook die omzet bekeken hebben. En hij stelde daar ten onrechte geen vragen bij.'' 

De klager vermoedt dat de waarnemer 1,5 miljoen omzet draaide. En hij moet voor de kosten opdraaien, verzuchtte hij. Met de juiste professioneel kritische houding had de accountant daar wat van moeten vinden. Maar de beklaagde stelt dat de waarnemer en de klager ruzie hebben over die omzet en dat hij er daarom maar niets over zegt in zijn rapport, stelt advocaat Papeveld. Omdat hij zich niet in die kwestie wilde mengen. “En dan stelt hij ook dat hij zorgvuldig en transparant werkte en dat zijn rapport bijdraagt aan de objectieve waarheidsvinding. Schaamteloos'', noemde de advocaat het.

Het juridische geschil gaat juist over die inkomsten, zei advocaat Gerd van Atten namens de beklaagde. Dat verschil van mening “hoort thuis in die procedure en het niet aan de accountant om daar iets van te vinden. Hij blijft daar juist verre van en daarom handelt hij juist niet tuchtrechtelijk laakbaar.'' In die procedure had de waarnemer de opdracht zijn declaraties te bewijzen. De accountant, die werkte volgens de standaard 4400, wist dat zijn rapport in die procedure gebruikt zou worden. “De waarnemer heeft ten aanzien van de bewijsopdracht alleen de onderbouwing van zijn declaraties neergelegd.'' 

De accountant heeft zijn werk goed gedaan, zei de advocaat. “En hij is aan de klager geen verantwoording verschuldigd. Hij kan daar niet over klagen, zeker niet nu zijn stellingen gebaseerd zijn op insinuaties.''

De accountant bekeek 20 van de 40 facturen. “Hij oordeelt dat die steekproef representatief is voor alle facturen'', zegt advocaat Papeveld. Dat is geen feit, maar een oordeel. Volgens raadsman Van Atten hield zijn cliënt zich aan de opdracht “zonder daar zelfstandig conclusies aan te verbinden.''

De uitspraak: Waarschuwing voor accountant na 'pover rapport' in strijd tussen notarissen

Gerelateerde artikelen