Accountant ‘bevoordeelde andere vennoot niet’
De klager was “een moderne slaaf'' voor de ex-vennoot geweest, zei zijn huidige accountant op de zitting in maart. “De onjuiste verslaggeving was om deze moderne slavernij in stand houden en het zwarte gat van de ex-vennoot te dichten.'' Nadat de twee zakenpartners gebrouilleerd raakten, bleek volgens de klager dat de accountant al die jaren onterecht een managementvergoeding voor de ander had overgenomen. Het verweer van de beklaagde hield in dat hij deze vergoeding haalde uit de financiële administratie die was opgesteld onder verantwoordelijkheid van de bestuurders van die bv. Hij mocht vertrouwen op die cijfers. Volgens de Accountantskamer is dit verweer niet of onvoldoende betwist. Ook anderzijds is niet gebleken dat de accountant redenen had om te vermoeden dat de cijfers onjuist waren. Dit klachtonderdeel is ongegrond verklaard.
Dit laatste geldt ook voor het tweede klachtonderdeel. De accountant zou bij het samenstellen van de jaarrekeningen slechts de belangen van de andere compagnon hebben vooropgesteld door ten onrechte telkens vorderingen van hem ten koste van de klager in de cijfers mee te nemen. Volgens de tuchtrechter is dit verwijt onvoldoende aannemelijk geworden. De accountant toonde juist een professioneel kritische houding omdat hij “de onderlinge vordering- en schuldverhouding telkens bij de bestuurders heeft aangekaart doch onvoldoende informatie ontving om de cijfers aan te passen, terwijl deze bestuurders ook nog ieder jaar bij de aldus door betrokkene samengestelde jaarrekeningen de bevestigingsbrief tekenden'', aldus het vonnis. Ook een derde klachtonderdeel werd door de Accountantskamer van tafel geveegd. Niet is gebleken dat de accountant stukken in bezit had en deze weigerde af te geven.
De klacht is dus in alle onderdelen ongegrond verklaard.
Lees ook:
[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]