‘Zorgen om nieuwe vermogensbelasting vaak onterecht’

Veel Nederlanders zijn somberder dan nodig over de aanpassingen van de vermogensrendementsheffing. Slechts 7% van de Nederlandse huishoudens denkt erop vooruit te gaan. In het echt is deze groep naar schatting drie keer zo groot. Dat blijkt uit de ING Financieel fit Barometer.

Huishoudens zijn verplicht vermogensrendementsheffing af te dragen, wanneer hun vermogen boven een bepaald bedrag uitkomt. Dit jaar zijn de tarieven van deze heffing aangepast. Per saldo zijn Nederlandse huishoudens vrij somber over deze aanpassingen. Uit de ING Financieel fit Barometer blijkt dat slechts 7% van de huishoudens denkt dat de hervorming in hun voordeel uitpakt. De groep die verwacht dat de aanpassing nadelig zal uitwerken is groter (9%).

Veel Nederlanders somberder dan nodig

Met deze inschatting zijn veel Nederlanders somberder dan nodig. Naar schatting zal in werkelijkheid slechts 4% van alle huishoudens over 2017 een hogere vermogensbelasting gaan betalen dan over 2016. Ruim 20% zal juist minder belasting gaan betalen. Deze groep is in het echt dus vijf keer zo groot. De vermogensbelasting over 2017 (peildatum 1 januari 2017) wordt in 2018 afgedragen.

Drie tarieven in plaats van uniform tarief

Dat veel Nederlanders somberder zijn dan nodig, is mogelijk te verklaren door de manier waarop de nieuwe tariefstructuur is opgebouwd. In plaats van één tarief gelden er vanaf nu drie tarieven, afhankelijk van de hoogte van het vermogen. Zo betalen huishoudens over het vermogen boven de 100 duizend euro méér vermogensbelasting dan voorheen. Dit leidt al snel tot de misvatting dat iemand met 110 duizend euro méér vermogensbelasting moet betalen. Maar per saldo draagt iemand met 110 duizend euro juist flink minder vermogensbelasting af. Alleen over het vermogen tussen de 100 duizend en de 110 duizend euro wordt namelijk een hoger tarief betaald. Voor het deel tussen de 25 en de 100 duizend wordt juist minder afgedragen dan voorheen.

Alleen zeer vermogenden gaan erop achteruit

In werkelijkheid gaan alle individuen met een vermogen tot 245 duizend euro er op vooruit ten opzichte van de oude regels. Voor fiscaal partners ligt de grens twee keer zo hoog, bij 490 duizend euro. Pas vanaf dat vermogen is de nieuwe tariefstructuur nadelig. Zeer weinig huishoudens hebben zo’n groot financieel vermogen achter de hand. Individuen met één ton en partners met twee ton aan vermogen gaan er het meest op vooruit: respectievelijk 261 en 522 euro ten opzichte van het oude stelsel.

Aanpassing leidt niet tot risicovoller gedrag

Sommigen vrezen dat mensen meer risico’s zullen nemen met hun geld als gevolg van de veranderingen van de vermogensrendementsheffing. De ING Financieel fit Barometer vindt geen bewijs voor deze stelling: een overgrote meerderheid zegt het spaar- of beleggingsgedrag niet te gaan aanpassen. Van de huishoudens die verwachten dat zij meer heffing zullen moeten afdragen, stelt slechts 5% dat ze meer risico zullen gaan nemen door meer te gaan beleggen.

 

Gerelateerde artikelen