‘Ziekenhuizen dreigen onbestuurbaar te worden’
Een groep van tientallen prominente ziekenhuisbestuurders, toezichthouders en headhunters luidt de noodklok. “Ik krijg steeds meer hendels om aan te draaien maar ik heb de tools niet om te sturen. Het is alsof ik geen stuurwiel in handen heb, maar ik blijf wel hoofdelijk aansprakelijk”, zegt een ziekenhuisbestuurder.
De bevindingen staan in een onderzoek dat werd uitgevoerd door Sioo, het interuniversitair instituut voor consultancy en verandermanagement, in samenwerking met managementbureau Boer & Croon. “Wij kregen diverse signalen vanuit ziekenhuizen, waarna wij besloten onderzoek te doen naar de bestuurbaarheid van ziekenhuizen”, aldus Kees Donkervoort die verantwoordelijk is voor de opleiding voor aankomend bestuurders van ziekenhuizen bij Sioo.
Negatieve beeldvorming
Deelnemers aan het onderzoek geven aan meer druk van buitenaf te ervaren. Een medisch bestuurder vertelt: “De politiek is hijgerig geworden en bemoeit zich veel met kortetermijnagenda’s van ziekenhuizen. Er gaat veel tijd zitten in processen die niet het primaire proces, de handen aan het bed, ondersteunen.” Een ander zegt in het onderzoek: “Je bent geen heilige, er gaat wel eens wat mis. Als de samenleving dat constateert dan is er één eindverantwoordelijke en dat is de bestuurder.”
Daarbij ontstaat volgens de respondenten een steeds negatievere beeldvorming. Zo zegt een bestuurder: “Mijn risico’s zijn gegroeid door de toenemende wet- en regelgeving. Hoe we tegenwoordig in ons land omgaan met incidenten heeft mij kwetsbaar gemaakt.” Een ander geeft aan dat de waardering van ziekenhuisbestuurders naar een historisch dieptepunt is gezakt. “Nu ben je a priori al verdacht van het verdienen van te veel geld, disfunctioneren, afkoopbonussen en het in stand houden van management.”
“Als je vroeger de hoogte zag van bepaalde salarissen dan schaamde ik mij ook. Dat kon echt niet. De excessen moesten eruit, je gaat om met geld van de maatschappij. Wat er nu ontstaat, ook door social media, is zo’n enorm negatieve tendens. Dat bestuurders alleen maar graaiers zijn en dat managers volledig onnodig zijn”, zegt een bestuurder.
Vertrek naar buitenland
Door de risico’s, complexiteit en de WNT-norm gaan steeds meer bestuurders buiten de sector of in het buitenland werken. Een headhunter geeft aan dat een effect van de WNT is dat meer ervaren mensen bedanken voor een rol als bestuurder en minder ervaren mensen beschikbaar worden. Een andere headhunter vult aan dat hij vroeger werd benaderd door mensen buiten de zorg om ziekenhuisbestuurder te worden en dat ziekenhuisbestuurders hem nu benaderen omdat ze een baan buiten de zorg willen.
“Je moet niet willen werken voor je inkomen maar de WNT2- en WNT3-normen vind ik een belediging voor de complexiteit van het vak als bestuurder”, aldus één van de ziekenhuisbestuurders.
Meer onderwijs en geld nodig
Uit het onderzoek komt naar voren dat ervaren medici en bestuurders geen ziekenhuis willen besturen en er meer onervaren kandidaten overblijven. “Dokter zijn is iets heel anders dan een ziekenhuis besturen”, zegt een headhunter. “Een medicus moet bijgeschoold worden om de breedte van een ziekenhuis te kunnen besturen. Besturen zit in kennis van inhoud maar zeker ook in het in staat zijn om verbinding te maken met stakeholders. Jonge medici hebben deze vaardigheden meegekregen tijdens hun opleiding.”
Hoewel de jongere lichting dus wel de vaardigheden heeft, zien de respondenten deze groep de stap naar bestuurder niet maken. “Het bruto salaris van een medisch specialist is 280.000 euro. Van een bestuurder is het ruim een ton minder”, aldus een ziekenhuisbestuurder. “Oudere dokters willen de stap naar het bestuur nog wel maken, omdat ze het vak wel gezien hebben en/of wel behoorlijk wat geld verdiend hebben, maar jongere, talentvolle medici, die zich net hebben ingekocht in een maatschap, niet.” Een andere bestuurder vult nog aan: “De minister verleent ontheffing aan medici die bestuurder worden, dit is in de toekomst meer nodig.”
Complexiteit toegenomen
Uit het onderzoek blijkt dat de complexiteit van het besturen van ziekenhuizen is toegenomen en zelfs te groot is. “Een ziekenhuis is rijk aan belangen, maar daarnaast ook aan verlangen: We willen het heel graag, heel goed doen en dat is complex”, aldus een medisch bestuurder.
Een ziekenhuisbestuurder zegt dat de organisatie waar hij in het verleden heeft gewerkt en nu weer bestuurder is, totaal is veranderd: “De medische staf is zelfstandig geworden, we hebben te maken met opnamestops en nu hebben we ook nog elk jaar een vier maanden durend onderhandelingscircus met zorgverzekeraars.” Een andere bestuurder vertelt dat hij steeds meer tijd kwijt is zich te verantwoorden aan de hele wereld: accountants, inspecties, kwaliteitsinstituten, cliëntenraden, ondernemingsraden en medische staven. “Het is niet erg maar het vergroot mijn takenpakket wel flink.”
Aan de andere kant is samenwerking ook nodig door specialisaties, zorgverzekeraars en patiënten, blijkt uit het onderzoek. Een toezichthouder geeft daarbij aan dat gemeentes meer betrokken zijn geworden. “Naast het aantal stakeholders dat toeneemt, neemt juist ook de diversiteit aan soorten stakeholders toe.”