Woning ondernemer terecht als privévermogen aangemerkt
De ondernemer, een tandarts-implantoloog, heeft een luxe woning laten bouwen waar hij vanaf 2012 woont. De woning heeft een oppervlakte van 363 m2 en is gelegen op een perceel van 3.750 m2. Tot de onroerende zaak behoort een dubbele garage met autolift, een botenhuis, berging en aanlegsteiger. Voorts beschikt de woning over een binnenzwembad, een sauna en een stoomcabine. De investering in de onroerende zaak bij ingebruikname bedroeg € 3.600.253. De ondernemer is vier dagen per week werkzaam in zijn praktijk en op de vijfde dag en in de weekenden en avonden werkt hij vanuit de woning. Een medewerker werkt twee dagen per week vanuit de woning.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft de fiscus de onroerende zaak bij het vaststellen van de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2012 terecht niet als ondernemingsvermogen, maar als privévermogen aangemerkt.
De rechtbank acht aannemelijk dat bij de bouw van de woning niet zozeer de onderneming, maar de persoonlijke wens om een comfortabele privé woonruimte ter beschikking te hebben voorop heeft gestaan.
Voorts wordt de bijzonder kostbare onroerende zaak overheersend voor privédoeleinden gebruikt.
De rechtbank is van oordeel dat eiser bij zijn wil om de gehele onroerende zaak tot zijn ondernemingsvermogen te rekenen niet binnen de grenzen der redelijkheid is gebleven. Beroep ongegrond.