Wet implementatie wijzigingen Moeder-dochterrichtlijn 2015

Behalve het Belastingplan 2016 is op Prinsjesdag ook de Wet implementatie wijzigingen Moeder-dochterrichtlijn 2015 aangeboden aan de Tweede Kamer.

De Moeder-dochterrichtlijn (MDR) heeft als doel een gelijk speelveld te bewerkstelligen tussen nationaal opererende concerns en grensoverschrijdend opererende concerns. Op grond van de MDR dienen de lidstaten van de Europese Unie (EU) de winst die een dochteronderneming uitdeelt aan haar moedermaatschappij vrij te stellen van bronbelasting.
 
Voorts dienen de lidstaten op grond van de MDR dubbele belasting van de winst van een dochteronderneming te voorkomen op het niveau van de moedermaatschappij. Op deze wijze ondervinden grensoverschrijdende concerns geen nadeel ten opzichte van nationaal opererende concerns als gevolg van economisch dubbele belasting. Het is echter gebleken dat de voordelen die de MDR biedt, kunnen leiden tot onwenselijke situaties of misbruik. Het onderhavige wetsvoorstel bevat de implementatie van twee wijzigingen in de MDR die daartegen gericht zijn.
 
Met de eerste wijziging van de MDR wordt beoogd situaties tegen te gaan waarin de vergoeding voor een geldverstrekking in de ene lidstaat aftrekbaar is en in de andere lidstaat niet wordt belast zoals bij een mismatch bij hybride leningen. Een dergelijke mismatch doet zich voor als lidstaten de vergoeding verschillend kwalificeren. De Europese Commissie heeft een voorstel gedaan dat heeft geleid tot Richtlijn 2014/86/EU. De wijziging voorkomt dat bepaalde geldverstrekkingen in grensoverschrijdende verhoudingen gunstiger worden behandeld dan in nationale verhoudingen. Een dergelijke behandeling kan het gevolg zijn van kwalificatieverschillen tussen verschillende jurisdicties. Binnen één jurisdictie zullen deze kwalificatieverschillen zich niet voordoen.

Met de tweede wijziging van de MDR wordt beoogd misbruik van de MDR te bestrijden en een consistentere toepassing in de verschillende lidstaten van nationale of verdragsrechtelijke bepalingen ter bestrijding van misbruik te bewerkstelligen. Daartoe heeft de Europese Commissie een voorstel gedaan dat heeft geleid tot Richtlijn 2015/121/EU. Deze wijziging betreft de invoering van een antimisbruikbepaling.

Beide maatregelen sluiten aan bij de zienswijze van het kabinet dat belastingontwijking door multinationale ondernemingen moet worden aangepakt in internationaal verband, zoals ook gebeurt in het kader van het OESO-project Base Erosion and Profit Shifting (BEPS).

• Wet implementatie wijzigingen Moeder-dochterrichtlijn 2015

Gerelateerde artikelen