Werkgevers betalen miljarden te veel voor externen
Bedrijven en overheidsorganisaties in Nederland betalen jaarlijks miljarden euro’s te veel voor de inhuur van externe professionals. Dat komt doordat organisaties de tarieven voor externen baseren op de salarisschalen van vaste medewerkers, in plaats van op de actuele marktprijzen voor zzp’ers en gedetacheerden. Dit meldt arbeidsmarktspecialist Intelligence Group.
- Werkgevers verhogen tarieven van externen met 1,5 tot 2% ten opzichte het salaris
- Omdat salarissen gestaag stijgen, nemen ook de tarieven van externen automatisch toe
- Dat terwijl markttarieven voor externen gelijk blijven of aan het dalen zijn
- Op deze manier betalen werkgevers minimaal tien euro per uur teveel voor externe inhuur
Werkgevers hanteren voor het vaststellen van tarieven voor externen veelal een vaste ophoogfactor van 1,6 tot 2 keer het salaris van een vergelijkbare vaste medewerker. Omdat salarissen doorgaans stijgen en zelden dalen, stijgen de tarieven voor externen door deze koppeling automatisch mee. Dat terwijl tarieven in de markt op dit moment stagneren of zelfs dalen.
“De koppeling van inhuurtarieven aan loon- en functiegebouwen is onwenselijk en inefficiënt. Het haalt de concurrentieprikkel uit de markt en zorgt ervoor dat honderden met name grote werkgevers een dure cappuccino per ingehuurd uur te veel betalen”, zegt topman Geert-Jan Waasdorp van Intelligence Group. “Alleen al bij de rijksoverheid gaat het om 200 miljoen euro per jaar dat te veel wordt betaald, oftewel 10,50 euro per gedeclareerd uur.”
Tekort overheid loopt op met een miljard
Zonder ingrijpen dreigen de extra kosten voor de rijksoverheid de komende vier jaar op te lopen tot ongeveer één miljard euro. Waasdorp adviseert de inhuurtarieven direct los te koppelen van het loon- en functiegebouw en gebruik te maken van marktconforme tarieven.
In het nieuwe coalitieakkoord staat dat het kabinet 22 procent wil inkrimpen op het ambtenarenapparaat en de inhuur van externen. Het betalen van marktconforme tarieven lijkt echter nog geen onderdeel van de beoogde bezuinigingsmaatregelen. (ANP)