Waarschuwing voor conclusies in rapport
22/318
Door Michiel Satink
Ruiterlijk erkende de accountant dat conclusies niet thuishoren in een dergelijk rapport. Mede daarom ook, en na de dreiging van de klager naar de Accountantskamer te stappen, trok hij al rap na het uitkomen ervan zijn rapport in. Een tuchtzaak kon hij er echter niet mee voorkomen. De klacht dat de accountant geëist zou hebben dat na het intrekken van het rapport ook een streep moest door de tuchtklacht, is echter ongegrond verklaard.
Het rapport werd opgesteld nadat een geschil ontstond tussen de klager en een projectontwikkelaar uit Zierikzee. Beide ondernemers waren in zee gegaan om een woningbouwproject te realiseren maar er ontstond ruzie over het resultaat van het project. De betrokken accountant maakte in opdracht van de projectontwikkelaar eind december 2021 een rapport van feitelijke bevindingen op. Daarin trok hij vergaande conclusies. Kosten zouden ten onrechte zijn toegerekend aan dit project. Ook waren die kosten onduidelijk onderbouwd. In totaal zou voor een bedrag aan ruim 2,8 miljoen euro aan onterechte kosten in het project verwerkt zijn.
De klager trok al snel aan de bel. Trek je rapport in of wij stappen naar de tuchtrechter, was kort samengevat de reactie. Het rapport werd ingetrokken, maar de klacht werd voortgezet. Niet zonder reden, legde de klager uit op de zitting in juni: het kwaad was immers al geschied. De projectontwikkelaar heeft al uitgebreid beroep gedaan op dat rapport en een civiele zaak staat al op stapel. Volgens de klager heeft de accountant niets met hem afgestemd. Hij wist dat er een geschil was tussen klager en de projectontwikkelaar maar had voorafgaand aan het opstellen van zijn rapport geen contact. Ook kreeg de klager geen concept-rapport opgestuurd. De accountant verklaarde op de zitting dat hij de klager wel als beoogd gebruiker van het rapport zag. Dat maakt dat hij vooraf had moeten overleggen over de opdracht, stelt de Accountantskamer.
Ook nam hij standpunten in en trok hij conclusies, wat niet is toegestaan in een rapport van feitelijke bevindingen. ,,Doordat betrokkene zijn conclusies en zijn standpunten in stellige bewoordingen heeft weergegeven, heeft hij bovendien de indruk gewekt dat een bepaalde mate van zekerheid werd verschaft'', aldus de tuchtrechter. In een dergelijk rapport moet de accountant juist vermijden dat de indruk wordt gewekt dat hier sprake is van een assurance-opdracht.
Alles afwegend komt de Accountantskamer tot het opleggen van een waarschuwing aan de accountant.