Waarschuwing AA vanwege onjuiste IB-aangifte
Ter zitting is gebleken van de betrokkenheid van een van de accountants tegen wie een klacht is gericht bij de totstandkoming van de aangiften IB 2014 van klager. Na de indiening (en voor de afwikkeling ) van die aangiften is door de Belastingdienst aan het accountantskantoor meegedeeld dat was afgeweken van de al eerder ingediende aangiften IB 2013.
Dat had aanleiding moeten zijn om de aangiften IB 2014 te vergelijken met de gecorrigeerde aangiften IB 2013. Dat is evenwel achterwege gebleven waardoor de onjuiste aangiften IB 2014 zijn gehandhaafd. Deze tekortkoming is tuchtrechtelijk verwijtbaar ook al rust op klager een eigen verantwoordelijkheid voor het opgeven van inkomstenbronnen. De Accountantskamer acht in dit geval de maatregel van waarschuwing passend en geboden.
Een tweede tuchtklacht aan het adres van een RA van het accountantskantoor dat een ingediende klacht niet bevredigend zou zijn afgehandeld, is door de Accountantskamer ongegrond verklaard. Weliswaar is de klacht minder voortvarend afgehandeld dan de daarvoor volgens de RA geldende gebruikelijke termijn van twee maanden, doch die vertraging acht de Accountantskamer beperkt en acceptabel en derhalve tuchtrechtelijk niet relevant.