Vragen in informatiebeschikkingen deels fishing expedition Belastingdienst

Rechtbank Gelderland oordeelde onlangs dat informatiebeschikkingen voor een deel vernietigd moeten worden, omdat de inspecteur van de Belastingdienst zich ten aanzien van een aantal vragen niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat beantwoording van die vragen van belang kan zijn voor de heffing van IB/PVV. Volgens de rechter is hier sprake van een ‘fishing expedition’.

Een belastingplichtige (eiser) heeft met gebruikmaking van de inkeerregeling inlichtingen verstrekt over vermogen in het buitenland. Tussen de Inspecteur en (opvolgend adviseurs van) eiser is veelvuldig gecorrespondeerd over de omvang en opbouw van het door eiser en zijn broer in het buitenland aangehouden vermogen dat tot de datum van inkeer buiten het zicht van de Belastingdienst is gehouden. Vervolgens zijn (navorderings)aanslagen opgelegd over de jaren 1997 tot en met 2008.

Na indiening van de aangiften IB/PVV voor de jaren 2010 tot en met 2012 heeft de Inspecteur opnieuw vragen gesteld over het buitenlands vermogen. Hij heeft voor die jaren informatiebeschikkingen genomen waarin wordt gerefereerd aan de ingediende aangiften en de naar aanleiding daarvan verstuurde vragenbrieven. In geschil is of de informatiebeschikkingen terecht zijn gegeven.

Rechtbank Gelderland verwerpt het standpunt van eiser dat de informatiebeschikkingen van rechtswege zijn komen te vervallen op grond van artikel 52a, lid 3, AWR.  Zij oordeelt verder dat beantwoording van de vragen 1 tot en met 3 in de informatiebeschikkingen niet van belang is voor de heffing van IB/PVV in de betreffende jaren. Vraag 1 mist relevantie en de vragen 2 en 3 ziet de Rechtbank, zonder concrete aanknopingspunten voor het bestaan van meer vermogen met een buitenlandse oorsprong dan door eiser in zijn aangiften IB/PVV 2010 tot en met 2012 is verwerkt, als een ‘fishing expedition’. De informatiebeschikkingen worden voor dit deel vernietigd.

De vragen met betrekking tot de verkoop van een onroerende zaak door de vader van eiser en de beweerdelijke schenking van de opbrengst aan de broer zijn wel terecht gesteld. In zoverre blijven de informatiebeschikkingen voor de jaren 2011 en 2012 wel in stand.

 

(Bron: Fiscanet)

Gerelateerde artikelen