Voor de hand liggende privacy maatregelen nauwelijks genomen
Lees ook: De eerste 100 dagen van de AVG
Met de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) die eind mei 2018 van kracht is geworden, hebben Nederlandse burgers een aantal nieuwe rechten gekregen, zoals het recht om organisaties te vragen alle persoonsgegevens te verwijderen en het recht om persoonsgegevens over te dragen.
Hoewel de meeste Nederlanders op dit moment wel bekend zijn met de AVG, is een meerderheid van de Nederlanders niet op de hoogte van deze nieuwe privacyrechten.
Dit blijkt uit het onderzoek Een beetje privacy graag van KPMG. Het onderzoek is uitgevoerd onder ruim 1.000 Nederlandse burgers.
Bijna iedere Nederlander, 98 procent, blijkt inmiddels op de hoogte van de AVG. “Iets meer dan 80 procent zegt volmondig ‘ja’ op de vraag of zij op de hoogte zijn van de invoering van de AVG”, zegt Koos Wolters, partner bij KPMG en deskundige op het gebied van privacy.
Wolters: “En bijna 20 procent heeft er wel eens van gehoord. Als wij kijken naar de resultaten van het onderzoek dat wij vlak voor de invoering van de wet hebben uitgevoerd, dan zien wij een duidelijke stijging. In maart van dit jaar was ruim 80 procent van de Nederlanders niet bekend met de invoering van de AVG. Van de Nederlanders die nu met veel overtuiging aangeven bekend te zijn met de wet, weet ruim 60 procent echter niet welke nieuwe rechten zij hebben gekregen.”
Weinig animo om data te laten verwijderen
Gewezen op hun nieuwe rechten geeft minder dan de helft van de onderzochte Nederlanders aan de behoefte te hebben om organisaties en bedrijven te benaderen om persoonsgegevens te laten verwijderen.
Wolters: “Burgers die wel gebruik maken van hun nieuwe rechten richten hun pijlen met name op de overheid en zorgaanbieders om persoonsgegevens te kunnen inzien.
Als het gaat om het laten verwijderen van persoonlijke data voeren bedrijven als Facebook en Twitter de ranglijst aan. Ruim 30 procent van de Nederlanders geeft aan gebruik te willen maken van het recht op vergetelheid bij de sociale media. In dat kader is het opvallend dat slechts 5 procent zijn Facebook account heeft verwijderd nadat bekend werd dat persoonlijke gegevens op grote schaal op straat waren komen te liggen.
Aan de ene kant maken veel mensen zich duidelijk zorgen over het feit dat gegevens misbruikt worden, aan de andere kant maken zij nauwelijks gebruik van de mogelijkheden die er zijn om hun privacy beter te waarborgen. De beperkte belangstelling voor het waarborgen van de privacy uit zich ook in de wijze waarop veel Nederlanders vlak voor het van kracht worden van de AVG zijn omgegaan met de stortvloed aan privacyverklaringen.
Zo’n 40 procent heeft de e-mails met verklaringen nauwelijks serieus bekeken. Ruim 20 procent geeft aan dat zij alleen de privacyverklaringen hebben gelezen van organisaties waarvan zij het belangrijk vinden dat zij zorgvuldige met persoonlijke gegevens omgaan, zoals verzekeringsmaatschappijen, zorgaanbieders en de overheid.”
Voorzorgsmaatregelen nauwelijks benut
Hoewel bijna 70 procent van de Nederlanders privacy zeer belangrijk vindt en meer controle wil op het internet, worden voor de hand liggende maatregelen in beperkte mate genomen. Wolters: “Minder dan de helft verwijdert inmiddels browsercookies en minder dan 40 procent beheert de zichtbaarheid van persoonlijke informatie op de sociale media. Gebruikersnamen en wachtwoorden om sites te bezoeken worden door minder dan 40 procent van de Nederlanders met regelmaat gewijzigd.
Slechts 18 procent leest bij een bezoek aan een website het privacyreglement en niet meer dan 11 procent de meldingen over cookies. En ook andere mogelijkheden worden relatief onbenut gelaten. Bijna 20 procent heeft de incognito modus in de webbrowser geactiveerd om te voorkomen dat gebruikers van dezelfde computer het internetgedrag kunnen volgen. De mogelijkheid tot encryptie, één van de meest effectieve manieren om te voorkomen dat persoonlijke informatie door buitenstaanders kan worden gelezen, wordt door niet meer dan 15 procent gebruikt.”