Verzekeringsuitkering kwalificeert als loon uit dienstbetrekking

De verzekeringsuitkering die een werknemer ontving na een door een ongeval opgelopen dwarslaesie, kwalificeert als loon uit dienstbetrekking. Dit heeft rechtbank Den Haag onlangs geoordeeld.

De werkgever van eiser heeft een Ongevallen Werknemersverzekering afgesloten met 24-uurs dekking. In 2010 loopt eiser tijdens een ongeval (buiten werktijd en niet op de werkplek) een dwarslaesie op. Naar aanleiding hiervan ontvangt eiser in 2014, onder inhouding van loonheffing, een ongevallenuitkering van de verzekeraar. Eiser heeft de uitkering opgenomen in zijn aangifte over het jaar 2014. De aanslag is conform deze aangifte vastgesteld.

Volgens de rechtbank kwalificeert de verzekeringsuitkering als loon uit dienstbetrekking. Dat eiser niet wist dat zijn werkgever de verzekering had afgesloten en dat hij een uitkering uit die verzekering niet kon afdwingen, is niet van belang. De aanspraak op een verzekeringsuitkering maakt onderdeel uit van de arbeidsvoorwaarden, ook wanneer deze niet expliciet in de arbeidsovereenkomst is vermeld.

Onder verwijzing naar het Smeerkuilarrest oordeelt de rechtbank dat in het onderhavig geval sprake is van ‘bijzondere omstandigheden’, als gevolg waarvan een immateriële schadevergoeding voortvloeit uit de dienstbetrekking. De op de systematiek van de Wet LB gestoelde omkeerregeling brengt dan mee dat de uitkering in de heffing dient te worden betrokken.

Nu gesteld noch gebleken is dat de werkgever heeft gekozen voor de overgangsregeling van artikel 39c Wet LB, mist artikel 11, eerste lid, aanhef en letter a, Wet LB (‘niet tot het loon behoren vergoedingen die naar algemene maatschappelijke opvattingen niet als beloningsvoordeel worden ervaren’) toepassing. Beroep ongegrond.

Gerelateerde artikelen