Verrekening van ingehouden niet afgedragen loonbelasting

23 februari 2017

Niet afgedragen loonbelasting mag worden verrekend, omdat deze wel is ingehouden, oordeelt Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Een dga van een bv droeg in 2010 de aandelen in 2010 over aan de coöperatie. Hij was bestuurder en lid van deze coöperatie. Tot april 2012 bleef hij bestuurder van de bv. Sinds 1 juni 2012 ontving hij geen salaris meer van de bv. Op 4 december 2012 is de bv in staat van faillissement gesteld.

De bv deed tot en met oktober 2012 maandelijks aangifte, maar droeg telkens de ingehouden loonbelasting niet af. Op de balans van de bv stond per 31 december 2011 een schuld aan loonheffingen. In geschil is of de ingehouden loonbelasting kan worden verrekend met de aanslagen IB/PVV 2011 en 2012 van de belanghebbende.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden stelt voorop dat de bv steeds aangifte heeft gedaan van de verschuldigde loonbelasting en de verschuldigde loonbelasting in haar balans heeft opgenomen. Voorts had de belanghebbende de bedoeling om alsnog tot afdracht over te gaan, zodra de liquiditeitspositie van de bv dat toeliet. Partijen hebben hieruit terecht de conclusie getrokken dat de loonbelasting wel is ingehouden, aldus het gerechtshof. Nu loonbelasting is ingehouden, wordt deze verrekend met de aanslagen in de inkomstenbelasting.

Ook de omstandigheid dat de niet afgedragen loonbelasting bij de werkgever is nageheven, is volgens het gerechtshof een zelfstandige grond om de verrekening niet te weigeren. Bij de aanslag over 2011 wordt € 115.332 aan ingehouden loonbelasting verrekend. Het belastbaar inkomen uit werk en woning voor 2012 wordt, gelet op het bepaalde in artikel 12a Wet LB 1964, op € 42.000 gesteld. De aanslag wordt vastgesteld met verrekening van € 11.692 aan ingehouden loonbelasting.