Vennoot kan niet op persoonlijke titel bezwaar aantekenen tegen naheffingsaanslag VOF

Onlangs oordeelde de Hoge Raad dat een vennoot niet op persoonlijke titel bezwaar en beroep kan aantekenen tegen een aan een VOF opgelegde naheffingsaanslag. Die mogelijkheid ontstaat pas nadat de fiscus de vennoot aansprakelijk heeft gesteld voor betaling van deze belastingschuld.

X is een van de vennoten in een vennootschap onder firma (VOF) die een rijschool exploiteert. Op 25 april 2012 is een naheffingsaanslag omzetbelasting aan de VOF opgelegd over het tijdvak 1 januari 2008 tot en met 31 december 2010. X heeft hiertegen op eigen naam bezwaar aangetekend. Dit bezwaarschrift is echter door de inspecteur niet-ontvankelijk verklaard. Volgens Hof Den Bosch is dat terecht, omdat X niet gerechtigd zou zijn om op eigen naam bezwaar aan te tekenen tegen een aan de VOF opgelegde naheffingsaanslag.

De Hoge Raad heeft de hofuitspraak in cassatie bevestigd. Hoofdregel is dat alleen namens de VOF zelf bezwaar en vervolgens (hoger) beroep kan worden ingesteld. Hier doet zich ook niet de uitzondering voor dat een aan X toebehorend inkomens- of vermogensbestanddeel is begrepen in de aan de VOF opgelegde naheffingsaanslag. Het feit dat X als firmant op grond van het civiele recht aansprakelijk is voor belastingschulden van de VOF, leidt evenmin tot een ander oordeel.

De Hoge Raad wijst er daarbij op dat aansprakelijkstelling door de ontvanger bij voor bezwaar vatbare beschikking moet geschieden, ook als deze aansprakelijkheid voortvloeit uit het civiele recht. En in het kader van een aansprakelijkheidsprocedure is X wel bevoegd om de rechtmatigheid van de naheffingsaanslag te betwisten. Van een tekort aan rechtsbescherming voor X is dus geen sprake. De rechtsingang ontstaat alleen pas ten tijde van de feitelijke aansprakelijkstelling.

 

(Deloitte)

Gerelateerde artikelen