Vaststelling WOZ-waarde recreatiewoningen

03 januari 2017

Een particulier is eigenaar van drie vrijstaande recreatiewoningen. In geschil zijn de WOZ-waarden van de woningen op de waardepeildatum 1 januari 2014.

De particulier heeft zich ter zitting van Rechtbank Noord-Holland op het (nadere) standpunt gesteld dat de WOZ-waarden van de woningen dienen te worden gebaseerd op de door hem op 23 oktober 2014 betaalde aankoopprijs van € 1.075.000 exclusief btw (€ 1.301.000 inclusief btw) voor de drie woningen gezamenlijk.

Rechtbank Noord-Holland verwerpt het standpunt van de heffingsambtenaar dat deze koopprijs niet als uitgangspunt kan worden genomen. Hij maakt niet met concrete feiten of omstandigheden aannemelijk dat bij de aankoop van de woningen door de particulier geen sprake was van zakelijk handelende partijen noch dat moet worden aangenomen dat door de verkoper van de woningen korting is verleend. Ook de omstandigheid dat de particulier drie woningen tegelijk heeft aangekocht is op zichzelf bezien niet voldoende.

Nu de aankooptransactie van 23 oktober 2014 voldoende dicht bij de waardepeildatum is gelegen, dient te worden uitgegaan van de betaalde aankoopprijs inclusief btw, dus van de aankoopprijs van totaal (afgerond) € 1.301.000 voor de woningen, aldus de rechtbank.

De vastgestelde WOZ-waarden worden verminderd.