Twee jaar cel voor frauderende oud-directeur melkfabriek
Ook over deze zaak: 'Accountant in fraudezaak misleid met valse brief'
De rechtbank acht bewezen dat hij de accountant om de tuin leidde met een brief waarin hij bevestigde 12,4 miljoen euro overgemaakt te hebben.
In werkelijkheid was dat helemaal niet geval, zo oordeelde de rechtbank in Zwolle. John K. (69) werd begin 2010 door de melkfabriek binnengehaald als de redder in nood. Hij zou investeren in de fabriek en tegelijk aan het roer komen van Lyempf. Dat laatste deed hij, dat eerste niet, blijkt uit het vonnis van de rechtbank in Zwolle.
Lyempf had in 2010 een contract met DSM om gedurende 30 maanden gisten te drogen in een van de twee torens van de fabriek aan de IJssel. Maar Lyempf had direct geld nodig. Dus verpandde K., toen net directeur, dat contract aan de Londense vestiging van Deutsche Bank. De bank mocht maandelijks een half miljoen euro bijschrijven, terwijl aan Lyempf direct 12,4 miljoen werd overgemaakt. K. stelde vervolgens een valse brief op om de accountant van het kantoor De Jong en Laan om de tuin te leiden. Daarin staat dat de 12,4 miljoen euro is uitbetaald door zijn scheepswerf Gramen. Op die manier schafte K. dus de melkfabriek aan.
Vervolgens maakte K. zes miljoen van de rekening van de melkfabriek over naar de rekening van een van zijn eigen bedrijven. Met dat geld zette hij naar eigen zeggen fabrieken op om eiwitten aan olijven te onttrekken. Dat zou een uitvinding zijn in het lab van Lyempf. Het geld dat verdween had de melkfabriek juist hard nodig. Lyempf ging in april 2011 failliet waardoor ruim negentig werknemers hun baan verloren. Kort ervoor was de Griek al vervangen als directeur. John K. werd ook faillissementsfraude verweten. Maar met het overmaken van die zes miljoen kon K. echter niet weten dat het bedrijf acht maanden later zou omvallen, menen de rechters, dus is hij vrijgesproken van dit feit.
Ook is K. vrijgesproken van het niet voldoen aan de verplichting inlichtingen te verschaffen aan de curator. Na het faillissement was de Griek lang onbereikbaar voor de curator. Die vloog vervolgens naar Athene waar hij een gesprek met K. had. Uit het gespreksverslag blijkt echter niet dat de curator K. om inlichtingen verzocht. Evenmin staat daarin te lezen dat de Griekse ondernemer toezegde stukken na te sturen, aldus de rechtbank. De man zei op de zitting twee weken terug zich dat gesprek niet meer te herinneren.
Tegen K. was vijf jaar cel geëist. Het faillissement is nog altijd niet afgerond. Verschillende schuldeisers wachten nog op hun geld. Zowel het OM als K. kunnen nog in hoger beroep.