Tuchtzaak van BFT tegen RA: “Politie zoekt uit of het de tuinman kan zijn”
“Stel er scharrelt iemand in het duister in de tuin van je overbuurman die op vakantie is. Dan bel je gelijk de politie, die vervolgens onderzoek doet. Die zoekt uit of het misschien een ingehuurde tuinman kan zijn.” Met die metafoor ondersteunde een vertegenwoordiger van het Bureau Financieel Toezicht (BFT) haar tuchtklacht tegen een registeraccountant, die volgens haar tal van ongebruikelijke transacties van een klant heeft laten passeren zonder melding te doen bij de FIU-Nederland, de Financial Intelligence Unit.
Mensensmokkel
Het BFT deed in 2012 onderzoek bij het accountantskantoor van de beklaagde. Bij een van de dossiers gingen alarmbellen bij de onderzoekers rinkelen. In de plaatselijke pers in Barendrecht was veel gepubliceerd over een politieonderzoek naar een Chinese bende, die zich bezig zou houden met mensensmokkel, geweldsmisdrijven, identiteitsfraude, witwassen en internationale handel in soft- en harddrugs. De klant van de beklaagde was de eigenares van een restaurant in Barendrecht, dat een rol speelde in het geheel.
Veel ongebruikelijk
Het dossier van deze mevrouw stond volgens het BFT bol van “ongebruikelijke transacties”, die de RA gelijk had moeten melden. Zo was er onduidelijkheid over een lening, die de eigenares in privé heeft ontvangen van het restaurant, en die ze door zou hebben geleend aan “diverse Chinese personen”. Het ging om ruim 350.000 euro. Ook zijn er vraagtekens over een hoog kassaldo in het restaurant van ruim 145.000 euro, terwijl de meeste klanten via pin betalen. En zo waren er nog vele onduidelijkheden meer.
Onverwijld melden
Pas zeven maanden na het rapport van het BFT over de geconstateerde “ongebruikelijke transacties” deed de accountant, in het najaar van 2013, melding van deze pijnpunten. Terwijl hij dat binnen twee weken na constateren had moeten doen, en tegenwoordig zelfs “onverwijld”, luidde de klacht. Afgelopen mei is de klant veroordeeld tot tien maanden cel, voor betrokkenheid bij criminele activiteiten.
Niet op de hoogte
De accountant stelt dat hij in het begin van de dienstverlening in 2010 niet op de hoogte was van mogelijk foute praktijken. Er zou steeds tegen hem gezegd zijn, ook door de –gerenommeerde- advocaat Inez Weski in de strafzaak, dat zijn klant niet bij de misdrijven betrokken was. Na de veroordeling van de restauranteigenares afgelopen mei heeft hij subiet de samenwerking opgezegd. De transacties waar het BFT over klaagt, waren volgens hem op zich geen redenen om melding te doen en hij beroept zich daarbij op zijn “professionele oordeelsvorming.” In zijn dossier is echter nauwelijks iets terug te vinden over die oordeelsvorming, de vastlegging ervan, het vastleggen van bedreigingen en de redenen waarom hij er geen gevaar in zag.
De Accountantskamer verwacht over tien weken uitspraak te doen.
Zaaknummer: 14/822
Petra van Walraven / JPZ