Tuchtrechter: AFM moet klacht fraudezaak overnemen

De tuchtklacht tegen de accountant van de grootste runderslachterij in Nederland is door Pieter Lakeman ingetrokken. Toch moet de KPMG-accountant voor de tuchtrechter verschijnen, vindt de Accountantskamer. Ze heeft de stukken ter hand gesteld aan de AFM.
Dat bleek donderdag uit een tussenbeslissing van de Accountantskamer in Zwolle. Het Twense Weyl Beef ging in mei 2010 failliet nadat er fraude was ontdekt. Weyl had een schuld van 177 miljoen euro, waarvan uiteindelijk slechts 42 miljoen opvorderbaar was. Schuldeisers als banken en de Belastingdienst werden voor tientallen miljoenen gedupeerd. Twee ex-directeuren zijn in de strafzaak inmiddels tot celstraffen veroordeeld.
Pieter Lakeman, van de stichting SOBI, diende in februari dit jaar een klacht in tegen de accountant die de jaarrekeningen van het frauderende bedrijf goedkeurde. Op 22 augustus dit jaar gaf hij de Accountantskamer in een brief aan zijn klacht in te trekken. Lakeman heeft dit inmiddels bevestigd. Bij intrekking van een klacht wordt de behandeling van de zaak gestaakt, tenzij er zwaarwegende belangen zijn om anders te beslissen. Volgens de tuchtrechter zijn die er. Het algemeen belang is ermee gemoeid ‘dat naar de juistheid van de verwijten aan betrokkene onderzoek wordt gedaan’. Het dossier wordt daarom naar de AFM gestuurd. Die heeft 12 weken de tijd om te reageren, aldus de Accountantskamer. 
De AFM gaat het dossier bestuderen. Ze kon donderdag nog niet aangeven of ze de klacht overneemt. Volgens een woordvoerder van de autoriteit is de tussenbeslissing van de Accountantskamer ‘uniek’ te noemen. 
Pieter Lakeman trok de klacht in op verzoek van zijn opdrachtgevers. Die hebben geschikt.
 
Zaaknummer: 14/506
[Michiel Satink / JPZ]
Gerelateerde artikelen