Tuchtrechter: accountant deed bewust onjuiste aangifte
Klager in de procedure was een adviesbureau dat de loonaangiftes deed voor horecabedrijf 't Proathuus uit Doetinchem dat in augustus 2015 door een aantal ondernemers was overgenomen. De eigenaar meende echter dat de loonadministratie niet klopte en vroeg de beklaagde accountant dit te corrigeren. Die deed over maart 2016 vervolgens een nihil-aangifte, wachtende op cijfers van de ondernemer. Toen die niet kwamen, deed hij de maand erop opnieuw een nihil-aangifte. Een maand later ging de onderneming failliet. Ook wordt de accountant verweten dat een medewerker van zijn kantoor zich uitgaf voor accountant terwijl hij dat helemaal niet was.
De accountant erkende een nihil-aangifte gedaan te hebben terwijl hij wist dat er personeel aan het werk was. Hij voelde zich onder druk gezet. Hij noemde de horecawereld waarin hij verzeild was geraakt 'een wespennest'. Hij wist niet dat een relatiebeheerder van zijn kantoor zich onterecht als accountant had uitgegeven. Op de zitting zei hij dat deze medewerker 'een bepaald ziektebeeld' vertoonde en niet meer voor het kantoor werkt. Omdat zijn lezing niet werd weersproken door de klager is dit klachtonderdeel ongegrond verklaard. Anders is dat voor de klacht over het bewust onjuist aangifte doen. De Accountantskamer vond dat de accountant hierin 'roekeloos' te werk is gegaan. “Dat het de bedoeling van betrokkene was dit later “recht te trekken”, kan hier niet aan afdoen, hetgeen in het onderhavige geval nog eens is bevestigd door het snel volgend faillissement van de klant, als gevolg waarvan betrokkene daartoe niet meer de gelegenheid heeft gekregen.'' De accountant is niet eerder tuchtrechtelijk veroordeeld.
Lees ook:
[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]