Tuchtrecht: Onverbeterlijke accountant een jaar doorgehaald

Het ene na het andere verbeterplan schoot tekort, vastleggen gebeurde amper.

Nadat ook de resultaten van de hertoets ruim onvoldoende waren, stapte beroepsorganisatie NBA naar de tuchtrechter. De accountant heeft beterschap beloofd, maar te laat. De tuchtrechter legt een tijdelijke doorhaling van een jaar op.

“Waarom gingen de alarmbellen niet eerder bij u af?” vroeg de voorzitter aan de beklaagde accountant op de zitting in mei. “Ik was naïef, denk ik|”, reageerde de accountant. Bij de eerste kantoortoets bleek er veel niet op orde. Daarna werd zijn verbeterplan tot twee keer toe afgewezen en werden bij de hertoets eind 2023 en begin 2024 vier dossiers opnieuw als onvoldoende gewaardeerd.

Op de Veluwe
Inmiddels heeft hij de boel naar eigen zeggen op orde, maar dat voorkomt een maatregel van de Accountantskamer niet, blijkt maandag uit het oordeel. Zijn kleine accountantskantoor op de Veluwe werd in 2021 getoetst. Daaruit volgde dat het interne stelsel van kwaliteitsbeheersing op belangrijke onderdelen niet voldeed aan de vereisten en verbeterd moest worden en . Twee keer werd zijn verbeterplan afgekeurd, beide keren in 2022.

Vervolgens vroeg de NBA de accountant op gesprek. “De eerste versie van het verbeterplan was zo zwak dat we er geen vertrouwen in hadden dat het goed zou komen”, zei een vertegenwoordiger van de NBA. Pas de derde versie werd goedgekeurd.

Drie keer gezakt voor de hertoets
Maar toen in oktober en november 2023 en januari 2024 de hertoetsing plaats vond, bleek de boel nog steeds niet op orde. Alle vier onderzochte dossiers bevatten fouten of slordigheden. Zo waren controlewerkzaamheden onvoldoende vastgelegd, ontbrak er een vastlegging van basale onderwerpen in relatie tot de opdrachtaanvaarding en was er vrijwel geen vastlegging conform de Wwft (Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme).

Zo was er geen cliëntonderzoek verricht, was er geen risicoprofiel vastgelegd en ontbrak de vastlegging van het integriteitsonderzoek bij de cliënt. Een van de onderzochte klantdossiers was van een notaris. Daarvan bleek de derdengeldrekening helemaal niet beoordeeld te zijn. “Als er ergens een frauderisico is, dan is het wel bij dit soort bewaarrekeningen”, zei de voorzitter op de zitting. “Ik heb het wel beoordeeld, maar niet vastgelegd”, reageerde de accountant.

Geen deugdelijke vastlegging
Maar zonder deugdelijke vastlegging kan niet worden vastgesteld dat de cliëntenonderzoeken hebben plaatsgevonden in overeenstemming met de Wwft, oordeelt de tuchtrechter. “Dat in de vier dossiers uittreksels uit het handelsregister en kopieën van legitimatiebewijzen zijn aangetroffen, betekent niet dat de cliëntenonderzoeken zodanig zijn uitgevoerd dat is voldaan aan de eisen die uit lid 2 van artikel 3 Wwft volgen wat betreft de omvang en diepgang van een cliëntenonderzoek.”

Ook is de accountant duidelijk tekortgeschoten bij het beoordelen van de bewaringspositie van het notariskantoor. Bij het bewaren van gelden van derden kunnen onregelmatigheden voorkomen, meent de Accountantskamer. Dat hij alleen aan het einde van het boekjaar de bewaringspositie beoordeelde, is onvoldoende. “Omdat als zich tijdens het boekjaar onregelmatigheden hebben voorgedaan die niet bij de beoordeling op het einde van het boekjaar aan het licht komen.”

Het verweer van de accountant bestond uit vooral wijzen op de verbeteringen die zijn doorgevoerd. Ook is hij gestopt met controleopdrachten. De Accountantskamer weegt in haar oordeel mee dat hij alsnog een adviesgroep heeft ingeschakeld, al is het te laat. Hoewel de accountant gewaarschuwd was, heeft hij niet op tijd maatregelen getroffen om de kwaliteit van zijn kantoor op het vereiste peil te brengen. Daarom meent de Accountantskamer dat een doorhaling voor de duur van een jaar passend is.

Gerelateerde artikelen